Download Print deze pagina

Advertenties

Mogelijke storingen
Wanneer uw auto wordt onderhouden volgens het Renault onderhoudsprogramma, zal deze geen storingen vertonen die hem langdurig buiten gebruik stellen.
Onderstaande aanwijzingen zullen u helpen eventuele storingen snel, maar voorlopig te verhelpen.
Wendt u echter zo snel mogelijk tot een Renault dealer.
U schakelt de startmotor in
• Er gebeurt niets; de kontrolelampjes gaan niet
branden, de startmotor draait niet.
• De kontrolelampjes branden zwak, de startmotor
draait zeer langzaam.
• De motor ploft in de uitlaat maar slaat niet aan of
de koude motor start moeilijk.
De motor start moeilijk bij vochtig weer of na een
wasbeurt, of hij slaat af.
• De warme motor start moeilijk.
OORZAAK
De akkukabel zit los.
De akku is defekt.
De akkupoolklemmen zijn los of vuil.
Akku is leeg.
Storing in de benzinetoevoer: teveel benzine of
slechte ontsteking (de motor is verzopen).
Storing in de benzinetoevoer.
Slechte ontsteking: vocht in het ontstekingsme-
chanisme.
Slechte ontsteking.
Slechte karburatie (gasbellen in de leidingen).
Onvoldoende kompressie.
WAT TE DOEN
Kontroleer de poolklemmen; krab ze schoon en zet
ze goed vast.
Vervang de akku.
Kontroleer de poolklemmen.
Zet het kontakt aan en laat u aanduwen of aansle-
pen (behalve bij auto's met automatische transmis-
sie) in de 2e versnelling. Laat het koppelingspedaal
los wanneer de auto voldoende vaart heeft of:
Sluit de akku aan op de akku van een andere auto,
zie blz. 43.
Demonteer de bougies en maak ze schoon; kon-
troleer de elektrodenafstand en monteer de
bougies weer.
De choke werkt slecht, kontroleer de stand van de
chokeklep. Verwijder de kap van het luchtfilter,
trek de chokeklep geheel uit; de klep moet nu dicht
zijn.
Droog de bougiekabels en de bobinekabel af.
Verwijder de kap van de stroomverdeler en veeg de
binnen- en buitenkant met een droge doek af.
Laat de motor afkoelen. Druk het gaspedaal in en
schakel de startmotor 10 tot 20 seconden in.
51

Advertenties

loading