Voordat u gaat rijden
Peil van de koelvloeistof
Dit moet regelmatig worden gekontroleerd, ten-
minste iedere 1.000 km.
Gebruik voor het bijvullen uitsluitend de originele
Renault koelvloeistof.
Het koelsysteem is tot - 2 3 ° C tegen bevriezen be-
veiligd; in zeer koude landen is de bescherming op
- 4 0 ° C gebracht.
Het peil moet staan tussen de merktekens MINI en
MAXI op het expansievat 1.
Vul het koelsysteem - bij koude motor - bij voordat
het peil beneden het MINI merkteken daalt.
Inhoud: ca. 5 of 6 liter afhankelijk van het motor-
type.
Peil van de remvloeistof
Kontroleer de remvloeistof regelmatig en in ieder
geval zodra u een verschil, hoe klein dan ook, in de
remwerking opmerkt.
Het remvloeistofpeil 2 mag nooit beneden het
merkteken " D A N G E R " dalen. Wanneer het peil
abnormaal daalt moet u de afdichting van het
circuit laten kontroleren.
Bijvullen: gebruik uitsluitend een remvloeistof die
voldoet aan de norm SAEj 1703f of Dot 3 of Dot 4.
Peil van de ruitesproeiervloeistof
Vullen:
Het reservoir 3 bevindt zich in het motorkompar-
timent.
Vloeistof:
Water + produkt voor ruitesproeiers. In de winter
een produkt dat tevens bevriezing voorkomt.
Peil van de akkuvloeistof
Kontroleer het vloeistofpeil iedere maand.
Vul bij met gedistilleerd of gedemineraliseerd wa-
ter tot 1,5 cm boven de platen.
1 5