Functieblok
Naast de voorgedefi nieerde keuzefuncties staan functieblokken ter beschikking die
uit thermostaat-, timer en verschilfuncties bestaan. Hiermee kunnen andere com-
ponenten resp. functies worden gerealiseerd.
Voor de functieblokken kunnen sensoren en vrije relais worden toegewezen. Reeds
gebruikte sensoren kunnen worden gebruikt zonder hun regelfunctie te beïnvloe-
den.
Binnen een functieblok zijn de functies met elkaar verbonden (EN-verbinding),
d.w.z. aan de voorwaarden van alle geactiveerde functies moeten worden voldaan
om het toegewezen relais te schakelen. Zodra niet meer wordt voldaan een enkele
schakelvoorwaarde, wordt het relais uitgeschakeld.
thermostaatfunctie
Als de ingestelde inschakeltemperatuur (th(x)aan) is bereikt, wordt het aan het
functieblok toegewezen relais ingeschakeld. Het wordt weer uitgeschakeld als de
ingestelde uitschakeltemperatuur is bereikt (th(x)uit). Aan de schakelvoorwaarden
van alle andere geactiveerde functies van het functieblok moet ook worden voldaan.
Wijs de referentiesensor in het kanaal sensor toe.
Stel de maximumtemperatuurlimiet met th(x)uit > th(x)aan in en de minimum-
temperatuurlimiet met th(x)aan > th(x)uit. De temperaturen mogen niet gelijk zijn.
Dt -functie
Het aan het functieblok toegewezen relais wordt ingeschakeld als het ingestelde
inschakeltemperatuurverschil (DT(x)aan) is bereikt. Het wordt weer uitgeschakeld
als het ingestelde uitschakeltemperatuurverschil is bereikt (DT(x)uit). Aan de scha-
kelvoorwaarden van alle andere geactiveerde functies van het functieblok moet
ook worden voldaan.
De DT-functie is voorzien van een toerentalregelfunctie. Er kunnen een gewenst
temperatuurverschil en een minimumtoerental worden ingesteld. De vast ingestel-
de waarde voor de stijging ligt bij 2 K.
54
Referentierelais
Er kunnen maximaal 5 referentierelais worden gekozen.
In de menuoptie modus kan worden gekozen of de referentierelais in serie (EN)
of parallel (OF) moeten worden geschakeld.
Modus OF
Als tenminste één van de referentierelais actief is, geldt dat aan de inschakelvoor-
waarde voor het functieblok wordt voldaan. Aan de schakelvoorwaarden van alle
andere geactiveerde functies van het functieblok moet ook worden voldaan.
Modus EN
Als alle referentierelais actief zijn, geldt dat aan de inschakelvoorwaarde voor het
functieblok wordt voldaan. Aan de schakelvoorwaarden van alle andere geactiveer-
de functies van het functieblok moet ook worden voldaan.
Aanwijzing:
Zie pagina 54 voor informatie over het instellen van de timer.
Aanwijzing:
Als meerdere functieblokken zijn geactiveerd, mogen relais van numeriek
hogere functieblokken niet als referentierelais worden gebruikt.
Tha- S3*
Thb-S4*
functie
thermostaat a
thermostaat b
DT-functie
timer
referentierelais
relais
Referentierelais
DT-S3>S4*
timer
Referentierelais
* Voorbeeldselectie sensoren en relais zijn vrij selecteerbaar
RX
Referentierelais 1
Referentierelais 2
Referentierelais 3
Referentierelais 1
Referentierelais 5
Referentierelais 3
Referentierelais 2
Referentierelais 4
Referentierelais 4
Referentierelais 5
1. parallel (OF)
2. in serie (EN)
R3*