Inhoudsopgave
Advertenties
Externe warmtewisselaar op zonne-energie
zonne-energie / opties / nieuwe functie... / ext. WW
Instelkanaal
Betekenis
relais
Relaiskeuze
min. snelheid
Minimumtoerental
boiler
Boilerkeuze
Referentiesensor externe
sensor WW
warmtewisselaar
gewenste
Optie doeltemperatuur
temperatuur
Referentiesensor doeltempe-
sensor
ratuur
gewenst.temp. Gewenste temperatuur
DTaan
Inschakeltemperatuurverschil
DTuit
Uitschakeltemperatuurverschil 0,5 ... 19,5 K
naloop
Nalooptijd
Deze functie dient om laadcircuits met elkaar te verbinden die door een gezamen-
lijke warmtewisselaar van elkaar zijn gescheiden.
40
Instelbereik / keuze: Fabrieksinstelling
systeemafhankelijk systeemafhankelijk
(20) 30 ... 100 %
30 %
systeemafhankelijk 1
systeemafhankelijk systeemafhankelijk
ja, nee
nee
systeemafhankelijk systeemafhankelijk
15 ... 95 °C
60 °C
1,0 ... 20,0 K
10,0 K
5,0 K
1 ... 15 min
2 min
Het toegewezen relais wordt ingeschakeld als één van de ingestelde boilers een
zonnelading ondergaat en een temperatuurverschil tussen de sensor van de betref-
fende boiler en de zonnevoorloop bestaat.
Er kunnen willekeurig veel boilers van het zonne-gedeelte van de installatie worden
gekozen.
Het relais wordt uitgeschakeld als dit temperatuurverschil onder het ingestelde
uitschakelverschil daalt.
In tegenstelling tot de bypassfunctie kan met het warmtewisselaarrelais een ver-
schilregeling tussen de sensor van de warmtewisselaar sensor WW en de boiler-
temperatuur worden gerealiseerd.
De referentiesensor kan vrij worden toegewezen.
In de systemen, waarin de boilers eigen laadpompen hebben, stuurt het relais „ex-
terne warmtewisselaar" de pomp van het primaire circuit aan.
De warmtewisselaar is door een vorstbeveiligingsfunctie beschermd.
Als de temperatuur bij de sensor van de externe warmtewisselaar sensor WW
onder 10 °C daalt, wordt de secundaire pomp met een toerental van 100% inge-
schakeld.
De regelaar ontlaad de boiler met de laagste prioriteit.
Als de temperatuur 12°C overschrijdt, wordt de secundaire pomp uitgeschakeld.
De vorstbeveiligingsfunctie van de warmtewisselaar wordt ook actief als geen zon-
nelading plaatsvindt.
Aanwijzing:
Om te verhinderen dat het buffervat bevriest als de Warmtewisse-
laar-Vriesbescherming actief is, moet een naverwarming op het buffervat
aanwezig zijn.
Aanwijzing:
In systemen met 2 collectorvelden werkt de functie gewenste tempe-
ratuur om hydraulische redenen niet probleemloos.
Advertenties
Inhoudsopgave
