Reiniging en onderhoud
6.2.4
Reinigen van de kom
1. Verwijder alle onderdelen die op de kom zijn gemonteerd:
– leeg de recipiënt (paragraaf 6.2.1);
– verwijder de recipiënt uit het apparaat (hoofdstuk 6.2.2);
– verwijder de aftapkraan uit het apparaat (hoofdstuk 6.2.3).
Afb. 22
2. Maak de kom schoon met een
vochtige doek of een zachte spons.
Afb. 24
900004
Afb. 23
3. Reinig de slang die de recipiënt met
de aftapkraan verbindt met de
bijgeleverde reinigingsborstel.
4. Monteer de aftapkraan op het
apparaat.
5. Giet wat water in de kom.
6. Laat het water door de aftapkraan
lopen om eventuele productresten te
verwijderen uit de slang die de
recipiënt met de aftapkraan verbindt.
NL
23 / 34