m
q
,
e
.
⁄0
⁄1
⁄2
⁄3
t
r
r
w
r
y
u
u
y
u
y
u
m Vouw het kledingstuk om, naai heen en terug naast de
oorspronkelijke naad om de flapjes van het lapje stof vast te
zetten.
r Verkeerde kant van het kledingstuk
t Heen en terug naaien
, Vouw het uiteinde van de stof om en naai drie keer heen en
terug over het driehoekige uiteinde.
q Verkeerde kant van het lapje stof
w Goede kant van het kledingstuk
r Verkeerde kant van het kledingstuk
. Het lapje stof moet op 1 tot 1,5 cm (7/16" - 5/8") van de
opening worden afgeknipt. De hoeken moeten worden
afgerond, zoals aangeduid.
e Goede kant van het lapje stof
r Verkeerde kant van het kledingstuk
⁄0 Plaats de versteviging aan de verkeerde kant van het
kledingstuk. Markeer de 4 hoeken met spelden, zoals
aangeduid.
y Versteviging
u Kledingstuk
⁄1 Draai alle lagen om en knip op dezelfde wijze de opening
van het knoopsgat open in de versteviging als in stap x.
Vier speldmarkeringen tonen u de hoekpunten op de
versteviging. Vouw elke flap tussen de versteviging en het
lapje stof terug.
y Versteviging
u Kledingstuk
⁄2 Stik rondom de opening met naald en draad, zoals
aangeduid.
y Versteviging
u Kledingstuk
⁄3 Het gepaspelleerde knoopsgat is voltooid.
u Kledingstuk
52