De afdelingscode instellen
Als deze apparatuur wordt beheerd door
afdelingscodes, moet u de afdelingscode
invoeren in het printerstuurprogramma.
Hierdoor kan een netwerkbeheerder het aantal
door een specifieke afdeling geprinte vellen
controleren. Ook gebruikers kunnen controleren
wie printtaken heeft uitgevoerd, via het
aanraakscherm en controlehulpmiddelen.
Vraag uw beheerder of u de afdelingscode moet
invoeren.
Opmerking
•
Wanneer de instelling Gebruikersmanagement is
ingeschakeld, wordt deze gebruikt om een printtaak,
in plaats van de instelling van de afdelingscode, te
beheren. In dit geval wordt voor de authentificatie
van de printtaak een gebruikersnaam gebruikt die al
is ingevoerd. Daarom hoeft u uw afdelingscode niet
op het printerstuurprogramma in te stellen, maar u
moet eerst uw gebruikersnaam registreren. Als uw
gebruikersnaam niet is geregistreerd, wordt de printtaak
als ongeldig beschouwd op basis van de instelling
Gebruikersauthentificatie. En als een printtaak in het
RAW-formaat wordt verzonden, wordt deze verwerkt
volgens de RAW-instelling voor printtaken. Voor meer
informatie over de instelling Gebruikersauthentificatie
of de RAW-instelling voor printtaken, verwijzen we naar
deTopAccess Guide.
•
Als de functie Geen beperking Zwart (No Limit Black)
is ingeschakeld, hoeft u de afdelingscode niet op
te geven als u een document afdrukt met de keuze
[Zwart&wit] (Black and White) voor de optie [Kleur]
(Color) in het tabblad [Standaard] (Basic) van het
printerstuurprogramma.
Vergeet niet
•
Hoe het apparaat het printen uitvoert voor een ongeldige
afdelingscode, nadat een ongeldige afdelingscode is
gespecificeerd, hangt af van de instelling Printtaak bij
Ongeldige afdelingscode, die kan worden ingesteld in de
modus TopAccess Beheerder en hangt af van of SNMP-
communicatie wel of niet is ingeschakeld.
-
Als SNMP-communicatie wordt ingeschakeld en
Printtaak bij Ongeldige afdelingscode is ingesteld op
[Opslaan in lijst ongeldige taken] (Store to invalid job
list) dan zal een foutmelding worden weergegeven
wanneer een ongeldige afdelingscode wordt ingevoerd.
-
Als SNMP-communicatie niet is ingeschakeld en
Printtaak bij Ongeldige afdelingscode is ingesteld op
[Opslaan in lijst ongeldige taken] (Store to invalid
job list) dan zal de printtaak met een ongeldige
afdelingscode worden opgeslagen in de lijst met
printtaken met ongeldige afdelingscodes.
-
Als de Printtaak bij Ongeldige afdelingscode is ingesteld
op [Printen] (Print), dan zal Printtaak bij Ongeldige
afdelingscode worden uitgevoerd.
-
Als de Printtaak bij Ongeldige afdelingscode is ingesteld
op [Wissen] (Delete), dan zal Printtaak bij Ongeldige
afdelingscode worden gewist.
•
Een afdelingscode moet elke keer voordat u gaat
afdrukken worden ingevoerd. Als u een andere
afdelingscode moet gebruiken voor elke printtaak, voer
deze dan in zodra u met printen start.
AFDELINGSCODE invoeren
1
Klik op het menu [Start] (Start)
en kies [Apparaten en printers]
(Devices and Printers).
De map met Printers wordt weergegeven.
2
Kies het printerstuurprogramma
van dit apparaat, en klik op het
menu [Bestand] (File) en kies
[Printvoorkeuren] (Printing
Preferences).
•
Als het menu [Bestand] (File) niet wordt
weergegeven, drukt u op [Alt].
•
Het dialoogvakje met printvoorkeuren
wordt weergegeven.
3
Geef het tabblad [Anderen] (Others)
weer en voer uw afdelingscode
in het vakje [Afdelingscode]
(Department Code) in.
in het vakje [Afdelingscode] (Departement Code)
kunt u een afdelingscode met maximaal 63
lettertekens invoeren.
- 39 -
Installeren van extra lade-eenheden
1
2
3
4
5
6