Doel van de handeling
[Instelling acceleratie/
afremmen tijdens het
nemen van een bocht]
[9]
Stel de acceleratie en
afremmen in bij het nemen
van een bocht.
[Instellen werkbereik
joystick]
Stel in hoever de joystick
moet worden gekanteld
voor de maximum snelheid.
[10]
Deze functie maakt de
bediening makkelijker voor
personen met de optionele
lange joystick of voor
personen met een beperkte
mobiliteit van de handen.
Methode
Wanneer de gewenste parameter
knippert is de volgende handeling
niet nodig.
Indien een andere parameter
knippert, moet u de snelheids-
schakelaar kort omhoog of omlaag
zetten totdat de gewenste para meter
gaat knipperen.
De zoemer klinkt alleen kort wanneer
een instelling gewijzigd is.
Snelheidsschakelaar
U kunt dit zo vaak herhalen als u
wenst.
Kantel kort
eenmaal
naar voren.
Wanneer de gewenste parameter
knippert is de volgende handeling
niet nodig.
Indien een andere parameter
knippert, moet u de snelheids-
schakelaar kort omhoog of omlaag
zetten totdat de gewenste para meter
gaat knipperen.
De zoemer klinkt alleen kort wanneer
een instelling gewijzigd is.
Snelheidsschakelaar
U kunt dit zo vaak herhalen als u
wenst.
Kantel kort
eenmaal
naar voren.
Parameterstatus tijdens de handeling
en de betekenis ervan
Langzaam
Standaard (standaard instelling)
Snel
Kantel kort eenmaal
naar u toe.
Smal
Normaal (standaard instelling)
Breed
Kantel kort eenmaal
naar u toe.
6
69