6 Installatie
Waterkwaliteit controleren
Ga voor het controleren van de waterkwaliteit van het koude water te werk als volgt:
Stap
Werkwijze
Bepaal het ppm-aantal of de geleidingswaarde.
1
1µS/cm = 0,6 ppm (fysische veronderstelling)
Bepaal de totale hardheid (TH)
2
Giet telkens 5 ml van het waterstaal in een analysevat. Een
druppel analysevloeistof komt overeen met 1°dH.
Nr
Proeftijdstip
.
Analysevloeistof
1
Start meting
2
Meeteinde
3
Bepaal de carbonaathardheid (CH)
3
Giet telkens 5 ml van het waterstaal in een analysevat. Een
druppel analysevloeistof komt overeen met 1°dH.
Nr
Proeftijdstip
.
Analysevloeistof
1
Start meting
2
Meeteinde
3
Analyseer het resultaat.
4
De meetwaarden moeten binnen het doelgebied vallen.
x
Waterafvoer
Regels voor een veilige opstelling van de afvoerwateraansluiting
Om gevaar op basis van een afvoerwateraansluiting uit te sluiten, moeten de volgende regels worden
aangehouden:
▪ De afvoerleiding mag geen verjonging vertonen.
▪ Het verval van de afvoerleiding moet minstens 5 % (3°) bedragen.
▪ Als er meerdere apparaten op een afvoerleiding worden aangesloten, dan moet deze zo worden
gedimensioneerd, dat het afvoerwater ongehinderd kan aflopen.
▪ De afvoerwateraansluiting moet gebeuren met een niet soepele buis via een vaste aansluiting.
Installatiehandboek
Kleur van de proefoplossing
Groen
Kleurloos / oranje
Groen
Kleur van de proefoplossing
Oranje
Kleurloos / lila
Oranje
48
Afbeelding / Hier gaat het verder...
Eisen aan de waterkwaliteit