Figuur 77
•
Kogelverbindingen van stuurcilinder (2)
Figuur 78
•
Rempedaal (1)
(Figuur
Figuur 79
(Figuur
79)
Onderhoud motor
Veiligheid van de motor
•
U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil
controleert of het carter bijvult met olie.
•
Verander de snelheid van de toerenregelaar niet
en laat de motor het maximale toerental niet
overschrijden.
g004169
Onderhoud van het
luchtfilter
78)
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren—Geef
Controleer de luchtfilterbehuizing op schade die
een luchtlek kan veroorzaken. Vervang deze in
geval van beschadiging. Controleer het gehele
luchtinlaatsysteem op lekken, beschadiging of losse
slangklemmen.
g003966
Geef het luchtfilter uitsluitend een onderhoudsbeurt
als de onderhoudsindicator
Als u het luchtfilter vervangt voordat dit nodig is, wordt
alleen maar de kans vergroot dat er vuil in de motor
komt als u het filter verwijdert.
Belangrijk:
Zorg ervoor dat het deksel goed
vastzit en de luchtfilterbehuizing helemaal afsluit.
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak,
laat de maai-eenheden zakken, stel de
parkeerrem in werking, zet de motor af en
verwijder het sleuteltje.
g011615
2.
Maak de sluitingen los waarmee het deksel van
het luchtfilter is bevestigd aan het luchtfilterhuis
(Figuur
80).
51
het luchtfilter een onderhoudsbeurt
(voer dit eerder dan gepland uit
indien de onderhoudsindicator
rood is). Dit moet vaker
gebeuren in uiterst stoffige of
vuile omstandigheden.
(Figuur
80) dit aangeeft.