Opstellen
De vloeistofslang aansluiten
1. Sluit de vloeistofslang aan op de uitlaat van de
vloeistofverdeler. Plaats de spuittip van het pistool
nog niet.
Vloeistofintegratieslang
KENNISGEVING
Monteer de statische mixer niet rechtstreeks op de
vloeistofverdeler. Installeer de statische mixer na de
eerste 7,5 m (25 ft) van de integratieslang om er zeker
van te zijn dat de materiaaldosissen volledig
geïntegreerd zijn. Bij het spuiten van slecht
geïntegreerd materiaal dienen de onderdelen
mogelijks opnieuw gespoten te worden.
2. Draai alle fittingen aan.
22
Pakkingmoeren afstellen
1. Vul de pakkingmoeren van de A- en B-pomp
met throat seal liquid (TSL
en draai ze aan tot 67,8 N•m (50 ft-lbs).
Volg de instructies in de handleiding van
de Xtreme-onderpompen 311762.
OPMERKING:
Draai de pakkingmoeren opnieuw aan na de eerste dag
van het gebruik.
2. Vul de pakkingmoeren van de doseerkleppen A en B
met throat seal liquid (TSL - afdichtingsvloeistof) en
draai ze een kwartslag aan nadat de moeren in
contact komen met de pakkingen, ongeveer
16-18 N•m (145-155 in-lbs).
TSL
OPMERKING:
Voor pomp- en doseerkleppen dient u te controleren of
de pakkingmoer nog steeds stevig aangedraaid is na het
eerste uur in werking en opnieuw na 24 uur. Controleer
dan indien nodig, of wanneer de afdichtingsvloeistof
verkleurt of over de pakkingmoer sijpelt. Controleer
ook of de moer goed aangespannen is telkens wanneer
het spuitapparaat getransporteerd wordt. Draai de
pakkingmoeren enkel aan wanneer alle vloeistofdruk
ontlast is.
™
- afdichtingsvloeistof)
TSL
3A0008L