Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bijvulling Van Koudemiddel; Inbedrijfstelling - REMKO RKS 327 H Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Bijvulling van
koudemiddel
De hoeveelheid koudemiddel die voor het bedrijf van de
installatie nodig is, bevindt zich in het buitendeel.
Alleen bij koudemiddelleidingen waarvan de enkele
lengte langer dan 5 meter is moet koudemiddel worden
bijgevuld, overeenkomstig onderstaande tabel:
Leidinglengte
t/m 5 m
5 m t/m max. 15 m
Voor het vullen van het koudemiddel gaat u als volgt te
werk:
1. Verwijder de vacuumpomp en sluit de vulcilinder aan.
2. Stel de geopende cilinder op een weegschaal en
kalibreer de weegschaal op nul.
3. Ontlucht de slang bij de manometer verdeelbuis.
4. Bepaal de vulhoeveelheid, aanhand van
bovenstaande tabel, en open de zuigdrukzijde van
de manometer, om met het vullen te beginnen.
5. Sluit het manometerventiel weer als de juiste
hoeveelheid is bijgevuld.

Inbedrijfstelling

De inbedrijfstelling dient door de installateur of een door
hem aangewezen vakkundige, overeenkomstig het
Certificaat over de eerste inbedrijfstelling, te geschieden.
Van de inbedrijfstelling moet een rapport worden
opgemaakt!
1. Neem de afsluitdoppen van de afsluiters.
2. Start de inbedrijfstelling door de afsluiters van het
buitendeel te openen.
3. Open de afsluiters met een inbussleutel door tegen
de klok in te draaien, tot de aanslag.
24
Bijvulling per meter
–––
30 g/m
4. Laat de installatie testlopen.
Lees hiervoor het volgende hoofdstuk.
5. Meet alle noodzakelijke waarden en noteer deze in
het inbedrijfstellingsrapport.
6. Verwijder de manometerset.
7. Plaats de afsluitdoppen weer terug.
Functietest en testloop
De functietests worden via de binnenunit gestart. De
binnenunit loopt voor de test in de normale koelmodus.
Controleer de volgende punten:
Dichtheid van koudemiddelleidingen.
à
Gelijkmatige loop van de compressoren en van de
à
ventilatoren.
à
Afgifte van koude lucht bij de binnenunit en van
verwarmde lucht bij de buitenunit
Functietest van de binnenunit en van alle
à
programma's.
à
Controle van de oppervlaktetemperatuur van de
zuigleiding en vaststelling van de verdamperover-
verhitting.
Voor het meten van de temperatuur houd u de
thermometer aan de zuigleiding en trekt de gemeten
temperatuur van de op de manometer afgelezen
kookpunttemperatuur af.
Noteer de gemeten temperaturen in het
à
inbedrijfstellingsrapport.
Voer de testloop als volgt uit:
1. Schakel de hoofdschakelaar of de zekering in.
2. Stel de gewenste temperatuur met behulp van de
afstandsbediening op een lagere waarde in dan de
aanwezige ruimtetemperatuur.
3. Schakel met de toets MODE de koelmodus aan.
G
Door de inschakelvertraging van het buitendeel zal
de compressor pas enkele minuten later starten.
4. Controleer tijdens de testloop alle regel-, besturings–
en veiligheidsinrichtingen op functie en correcte
instelling.
5. Controleer de apparaatbesturing aanhand van de
functies, omschreven in hoofdstuk „Bediening".
Timer, temperatuurinstelling, recirculatiebedrijf en
ontvochtingsbedrijf evenals alle anderen modus-
instellingen.
6. Leg de installatie uit aan de gebruiker.
7. Overhandig hem het ingevulde Certificaat over de
eerste inbedrijfstelling.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Rks 371 h

Inhoudsopgave