Inhoudsopgave
Advertenties
NEDERLANDS
D. VASTE VOETSTEUNEN, VOORZIJDE
5
1.
Aanpassing
a. Verwijder de bouten aan de bovenzijde van iedere verlengbuis.
b. Controleer of de insteekbuizen op hun plaats blijven.
c.
Laat de buis van de voetsteun in de framebuis aan de voorzijde glijden totdat de gewenste
hoogte is bereikt.
d. Plaats de gaten over elkaar en plaats de bout terug vanaf de buitenzijde door het frame, de
voetsteun en de insteek.
e. Doe hetzelfde aan de andere kant.
f.
Breng de voetsteunen in de gewenste positie en draai de bout stevig vast.
E. RUGLEUNING
1.
Hoogteaanpassing
a. Verwijder de bekleding van de rugleuning van het frame.
b. U ziet de stang van de rugleuning die in het frame schuift en door een schroef aan de zijkant
van het frame wordt vastgezet.
c.
U kunt kiezen uit diverse gaten (3 mm (1 1/8") van elkaar) om de hoogte van de rugleuning in
te stellen.
d. Verwijder de twee bouten van de rugleuning van de framebuizen aan de achterzijde.
e. Nadat u de juiste hoogte hebt gekozen, steekt u de bout door het frame en de stang van de
rugleuning.
f.
Bevestig de lus van de bekleding aan de moer en draai de bout en moer vast.
g.
Steek een nylon bindstrip door de ogen van de bekleding. Trek aan en snij het teveel aan nylon
af.
F. ZITMAT
De zitbekleding kan worden aangepast via het klittenband aan de onderzijde van de zitting.
7
1.
Aanpassing
a. Verwijder de schroeven aan de linkerkant waarmee de bekleding vastzit.
b. Verstel het klittenband om de spanning van de zitting aan te passen.
c.
Plaats de schroeven terug.
d. Als u moeite hebt om de schroeven weer te bevestigen, probeer dan de gaten op één lijn te
krijgen met behulp van een breipen, schroevendraaier of iets dergelijks.
G. KUSSEN
1.
Montage
a. Plaats het kussen op de zitmat met het klittenband naar beneden gericht. De schuine kant van
het kussen hoort aan de voorkant.
b. Druk het kussen stevig op zijn plaats.
H. ACHTERASSEN
De belangrijkste aanpassing die op uw Quickie rolstoel uitgevoerd kan worden, is de positie van de ach-
terwielen. Het zwaartepunt, de wielcamber en de wielbasis zijn afhankelijk van de as-aanpassing.
Gebruik een draaikracht van 13 Nm [115 in-lbs] bij het aanpassen van de achteras.
8
1.
Zwaartepunt
Door het zwaartepunt naar voren te brengen, is er minder kracht nodig om de rolstoel te draaien. Hoe
verder de as naar achteren wordt geplaatst, des te stabieler wordt de rolstoel.
Het zwaartepunt wordt aangepast door de achteras op de geïndexeerde asplaat meer naar voren of
verder naar achteren te plaatsen. Door de as naar voren te plaatsen, kunt u sneller draaien en wordt de
voorkant lichter.
6
IX. MONTAGE, AANPASSING EN GEBRUIK
13
Asplaat
930457-NL Rev. E
5
6
7
8
As
hoes
Advertenties
Inhoudsopgave
