Inhoudsopgave
Advertenties
3. Technische specificaties en
installatiegegevens
______________________________________________________________________
3.1 BOXPLASTIC
Art. BOXPLASTIC voldoet aan de normen EN50131-1, EN50131-3,
EN50131-6, EN50136-1, EN50136-2, EN 62368-1/A1:2018, EN50130-
4
3.1.1 Technische specificaties
Kenmerken Waarde
Naam van de fabrikant /
leverancier
Afmetingen (b x h x d) 280 x 260 x 80 mm
Bedrijfstemperatuur en
bedrijfsvochtigheid
Gecertificeerde
veiligheidsklasse
Milieuklasse II volgens EN50131-1
* Met inachtneming van de eventuele installatie-aanwijzingen
3.1.2 Installatie
Zie voor de montage-instructies van de behuizing pag. 38
Er dient te worden gezorgd voor een aansluiting op het
elektriciteitsnet die voldoet aan de geldende voorschriften.
Gebruik voor een installatie volgens de voorschriften de kabels en
geleiders die nodig zijn voor de bedrading van het systeem die zijn
aangegeven op pag. 8.
Om de certificering klasse 2 volgens EN50131-1 te garanderen, moet
de tamper correct worden gemonteerd en geconfigureerd
Als de centrale reeds geassembleerd is, de elektronische kaarten
en de voedingseenheid uit de behuizing verwijderen om gevaar
voor beschadiging te voorkomen
______________________________________________________________________
3.2 BOXMETAL
Art. BOXMETAL voldoet aan de normen EN50131-1, EN50131-3,
EN50131-6, EN50136-1, EN50136-2, EN 62368-1/A1:2018, EN50130-4)
3.2.1 Technische specificaties
Kenmerken Waarde
Naam van de fabrikant /
leverancier
Afmetingen (b x h x d) 315 x 440 x 95 mm
Bedrijfstemperatuur en
bedrijfsvochtigheid
Gecertificeerde
veiligheidsklasse
Milieuklasse II volgens EN50131-1
* Met inachtneming van de eventuele installatie-aanwijzingen
3.2.2 Installatie
Zie voor de montage-instructies van de behuizing pag. 40
Er dient te worden gezorgd voor een aansluiting op het
elektriciteitsnet die voldoet aan de geldende voorschriften.
Gebruik voor een installatie volgens de voorschriften de kabels en
geleiders die nodig zijn voor de bedrading van het systeem die zijn
aangegeven op pag. 9-10
Om de certificatie klasse 2 volgens EN50131-1 te garanderen, moet de
tamper correct worden gemonteerd en geconfigureerd.
Comelit Group S.p.A.
803g (behuizing + microswitch +
Gewicht
bevestigingsschroeven)
-10° / + 55° met droge hitte
-10° / + 40°C bij max. + 93%
RV (niet-gecondenseerd)
2 volgens EN50131-1*
Comelit Group S.p.A.
3250 g (behuizing +
Gewicht
bevestigingssteunen)
-10° / + 55° met droge hitte
-10° / + 40°C bij max. + 93%
RV (niet-gecondenseerd)
2 volgens EN50131-1*
______________________________________________________________________
3.3 KAART CENTRALE ART. PCBVEDO10, ART.
PCBVEDO34, ART. PCBVEDO68, ART. PCBVEDO200
De kaart van de centrale is in 4 uitvoeringen met verschillende eigenschappen
leverbaar, zie de tabel op pagina 4 voor de gedetailleerde kenmerken van
de centrales VEDO10, VEDO34, VEDO68, VEDO200, VEDO34M, VEDO68M,
VEDO200M die de betreffende kaarten bevatten (PCBVEDO10, PCBVEDO34,
PCBVEDO68, PCBVEDO200)
De kaart heeft een basisconfiguratie van 8 vrij programmeerbare zones plus
1 zone voor sabotage. Daarnaast beschikt de kaart over een relaisuitgang
waarmee standaard de sirenes worden beheerd, en 2 programmeerbare
uitgangen met laag verbruik.
De kaart van de centrale wordt geleverd met geïntegreerde digitale kiezer,
die het mogelijk maakt om via een extra module voor audio/stembegeleiding
spraakberichten te verzenden.
De kaart is voorzien van 8 standaard bedrade zones en één zone met
sabotagebeveiliging. Daarnaast beschikt de kaart over een relaisuitgang en 2
configureerbare open-collectoruitgangen van 100mA.
Door zones te koppelen aan partities en partiële subgroepen van een partitie,
kan het systeem volledig, gedeeltelijk of selectief worden ingeschakeld. De wijze
waarop dit gebeurt hangt af van de bevoegdheden die tijdens de configuratie
zijn toegekend aan de gebruiker die de bewerkingen uitvoert.
Aan elke inkomende gebeurtenis kunnen meerdere uitgangen worden
gekoppeld, waarbij alle uitgangen die tijdens de installatie zijn geconfigureerd
betrokken kunnen zijn. Dankzij de flexibiliteit van deze instellingsmogelijkheden
kan de centrale voor een scala aan mogelijkheden worden gebruikt.
De
kaarten
van
de
PCBVEDO68 voldoen aan de normen EN50131-1 en EN50131-3
3.3.1 Belangrijkste kenmerken
•
zelfherstellende zekering 0,75A / 13,8 V voor beveiliging van de
voeding van de uitgangen voor de sirene
•
zelfherstellende zekering 1,5A / 13,8 V voor beveiliging van de
voeding van de RS485-bus
•
zelfherstellende zekering 1,5A / 13,8 V voor beveiliging van de
voeding van de sensoren
•
alle ingangen zijn gefilterd en beveiligd tegen elektrische en
elektrostatische ontlading
•
alarmrelais met droog wisselcontact 24V= 3A
•
2 programmeerbare logische uitgangen met configureerbare
polariteit, beperkt tot 100mA, zelfherstellend
•
geïntegreerde digitale kiezer
•
aparte schakelende voedingseenheid direct via het netwerk
•
voeding beveiligd tegen overbelasting, kortsluiting en overspanning
•
aansluiting voor batterij (max. 18 A/h – 12V ) met beveiliging tegen
omgekeerde polariteit en kortsluiting
•
circuit voor dynamisch testen van het laadniveau van de noodbatterij
•
circuit voor het controleren van de positieve spanning van de sirene,
485-bus en de positieve hulpdraad van de sensoren
•
geïntegreerde afsluitweerstand voor de 485-bus, inschakelbaar via
jumper
•
USB-interface voor aansluiting op een configuratiesysteem
centrales
PCBVEDO10,
PCBVEDO34,
11
Advertenties
Inhoudsopgave
