13-2. Lasprocedure met beklede elektroden
2
1
Benodigde
gereedschappen:
13-3. Een boog creëren − de aanstrijk techniek
13-4. Een boog creëren − de techniek d.m.v. aanslaan
5
4
7
1
1
OPMERKING − De lasstroom start als de
elektrode het werkstuk raakt.
OPMERKING − Lasstroom kan elektro-
nische onderdelen in voertuigen beschadi-
gen. Ont- koppel beide accukabels voordat
u aan een voertuig gaat lassen. Plaats de
massaklem zo dicht mogelijk bij de las.
1
Zorg dat het lasobject schoon is voor u begint
te lassen.
2
3
Een elektrode met een kleine diameter
3
heeft minder stroom nodig dan een grote.
Volg de instructies van de fabrikant van
6
de elektrode als u de lasstroom instelt (zie
sectie 13-1).
4
5
6
De booglengte is de afstand van de elektro-
de tot het werkstuk. Een korte boog met
de juiste stroomsterkte geeft een scherp
krakend geluid af.
7
Verwijder slak met een bikhamer en een
staalborstel. Verwijder slak en controleer het
lasbad voor u weer verder gaat met lassen.
1
2
3
Sleep de elektrode over het werkstuk alsof
u een lucifer aansteekt. Til de elektrode een
2
klein stukje op nadat u het werkstuk heeft
aangeraakt. Als de boog dooft, dan is de
elektrode te hoog opgetild. Als de elektrode
aan het lasobject blijft plakken, maak hem
3
dan met een snelle draai los.
OPMERKING − Er is normale openspanning
(80 volts) als normale openspanning is ge-
selecteerd (zie sectie 5-7).
1
2
3
Laat de elektrode recht op het werkstuk
zakken en til hem dan een klein stukje op
2
om de boog te starten. Als de boog dooft,
dan is de elektrode te hoog opgetild. Als de
elektrode aan het werkstuk blijft plakken,
maak hem dan met een snelle draai los.
3
Lasobject
Massaklem
Elektrode
Geïsoleerde elektrodehouder
Stand elektrodehouder
Booglengte
Slak
stick 12/96 − ST-151 593
Elektrode
Lasobject
Boog
Elektrode
Lasobject
Boog
OM-2240 Pagina 69
S-0049
S-0050