Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Noodstop; Opnieuw Starten Na Een Noodstop; Nabehandelingssysteem; Werking Van Het Nabehandelingssysteem - Doosan 7/204 Bedienings- En Onderhoudshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

54
BEDIENINGSINSTRUCTIES
OPMERKING: zodra de motor is gestopt, laat de automatische
afblaasklep alle druk uit het systeem af, behalve uit de afvoerpijp en
het spruitstukgedeelte. De druk in dit gedeelte moet worden
afgelaten door de afvoerklep te openen, waarbij u uit de buurt van de
ontsnappende luchtstroom moet blijven.
Als de automatische afblaasklep niet werkt, moet de druk in het
systeem worden ontlast met behulp van de bedrijfsklep(pen).
WAARSCHUWING: wanneer u de systeemdruk aflaat met
behulp van de bedrijfsklep(pen), blijft er een beetje druk in het
systeem hangen. Er mag tijdens deze situatie geen onderhoud
worden uitgevoerd. Deze druk kan langzaam worden afgelaten
door gebruik van de handmatige afblaasklep.
LET OP: laat de machine nooit stilstaan wanneer er nog druk in het
systeem aanwezig is.

NOODSTOP

In het geval dat de machine in een noodsituatie moet worden gestopt,
DRUKT U OP DE NOODSTOPSCHAKELAAR AAN DE VOORZIJDE
VAN DE MACHINE EN VERZEKERT U ZICH ERVAN DAT HIJ IN
INGEDRUKTE STAND BLIJFT STAAN.
Als de machine niet is uitgerust met een noodstopschakelaar, draait u
de startschakelaar naar de (0) uit-stand.

OPNIEUW STARTEN NA EEN NOODSTOP

Haal de noodstopschakelaar uit de ingeschakelde (ingedrukte) stand.
Als de machine werd uitgeschakeld wegens een machinestoring,
spoor deze storing dan op en los ze op alvorens de machine opnieuw
te starten.
Als de machine omwille van veiligheidsredenen werd uitgeschakeld,
ervoor zorgen dat de machine veilig in gebruik kan worden genomen
voordat u hem opnieuw start.
Raadpleeg
de
instructies
INBEDRIJFSTELLING en MACHINE STARTEN
machine opnieuw start.
MONITORING TIJDENS IN BEDRIJF
Als een van de voorwaarden voor veiligheidsuitschakeling is vervuld,
zal de machine uitschakelen.
Raadpleeg de diagnostische schermcodetabel van de Wedge voor
een lijst met uitschakeltoestanden.
LET OP: om ervoor te zorgen dat de olie voldoende doorstroomt naar
de compressor, mag de afvoerdruk nooit onder 3,5 bar zakken.

NABEHANDELINGSSYSTEEM

De nabehandelingsarchitectuur voor de QSB6.7 T4F-motor zoals
gebruikt in deze compressor is gebaseerd op drie belangrijke
subsystemen:
1. Dieseloxidatiekatalysator (DOC)
2. Selectieve Katalytische Reductie (SCR)
3. Doseringssysteem dieseluitlaatvloeistof (DEF)
7/204, 10/174, 12/154, 14/144
VOOR
in
het
hoofdstuk
alvorens u de
Dieseloxidatiekatalysator (DOC)
Moderne katalysatoren bestaan uit monoliet honingraat substraat
bedekt met een platinagroep metalen katalysator, verpakt in een
roestvrij stalen container. De honingraatstructuur met vele kleine
parallelle kanalen biedt een hoog katalytisch contactvlak voor de
uitlaatgassen. Als de hete gassen contact maken met de katalysator,
worden verschillende verontreinigde stoffen omgezet in ongevaarlijke
substanties: koolstofdioxide en water.
De dieseloxidatiekatalysator is ontworpen voor het oxideren van
koolstofmonoxide, van koolwaterstoffen in de gasfase, en van de
oplosbare organische fractie van dieseldeeltjes betreffende CO
H
O.
2
Selectieve Katalytische Reductie (SCR)
Het doel van het SCR-systeem is om de hoeveelheid van NOx
(stikstofoxiden die zijn uitgestoten door motoren) te verlagen, welke
een gevaar opleveren voor onze gezondheid en voor het milieu. SCR
is de nabehandelingstechnologie die de uitlaatgassen van de motor
behandelt. Kleine hoeveelheden van dieseluitlaatvloeistof (DEF) zijn
geïnjecteerd in de upstream uitlaat van de katalysator, daar wordt het
verdampt en ontbonden om ammoniak en koolstofdioxide te vormen.
Ammoniak (NH
) is het gewenste product dat samen met de SCR-
3
Katalysator, NOx omzet in ongevaarlijke stikstof (N
Dieseluitlaatvloeistof (DEF)
DEF is de vereiste reagens voor het functioneren van het SCR-
systeem. Het is een zorgvuldig gemengde waterige ureumoplossing
die bestaat uit 32,5% hoogzuiver ureum en 67,5% gedeïoniseerd
water.
Een 32,5% DEF-oplossing zal beginnen te kristalliseren en te
bevriezen bij 12°F (-11°C ). Bij 32,5% zullen het ureum en het water
even snel bevriezen. Deze concentratie zorgt ervoor dat wanneer ze
gaan ontdooien de vloeistof niet wordt verdund of verdikt. Bevriezing
en ontdooiing van DEF zal niet leiden tot een vermindering van de
werking van het product.
Bij motorwerking tijdens koude weersomstandigheden, wordt er
motorkoelvloeistof gebruikt om de DEF-vloeistof op te warmen en te
ontdooien. Er is een vertraging ingebouwd in de motorsoftware om de
motorwerking te garanderen, zelfs met bevroren DEF-vloeistof tijdens
het opwarmen.

WERKING VAN HET NABEHANDELINGSSYSTEEM

1. DEF-tank vloeistofpeilmeter
2. Waarschuwingslampjes nabehandelingssysteem
3. Regeneratieschakelaar nabehandelingssysteem
en
2
) en water (H
O).
2
2

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

10/17412/15414/144

Inhoudsopgave