GEREEDSCHAP
1
A
Het gereedschap A bevindt zich in
de bagageruimte, op het reserve-
wiel.
Om bij het gereedschap te komen,
maakt u de bevestiging 1 los en
opent hem.
2
3
6
Krik 2
Maak de krik 2 vrij.
Voordat u de krik weer terug plaatst,
brengt u hem weer in de oorspron-
kelijke stand.
Gebruik de krik alleen
voor het verwisselen van
een wiel. De krik mag
nooit als steun bij werk-
zaamheden onder de auto wor-
den gebruikt.
Wielmoersleutel 3
Hiermee draait u de wielbouten los
en zet u deze weer vast.
Sierdopsleutel 4 of 5
4
Hiermee kunt u de wieldoppen ver-
wijderen.
Sleepoog 6
Raadpleeg de paragraaf "slepen" in
hoofdstuk 5.
5
Opbergruimtes
Bij het gereedschap is ruimte voor
het opbergen van reservelampen of
een antidiefstal moer.
5.03