6.7.1.2
Vacuüm+ (optie)
Als er veel luchtinsluitingen in het product zitten, kan het wenselijk zijn om de vacumeertijd te
verlengen nadat het maximale vacuüm is bereikt. Dit is bedoeld om ingesloten lucht uit het product
te laten ontsnappen.
De Vacuüm+-tijd wordt ingesteld in seconden. Indien er een Vacuüm+-tijd is ingesteld, verschijnt er
op het parameterdisplay rechts onder in de hoek een punt.
1.
Druk op de toets PROG 0 – 9 om het programma te selecteren waarvoor u de optie Vacuüm+
wilt instellen.
2.
Druk op de toets REPROG om de programmeermodus te selecteren.
Het functiedisplay gaat knipperen.
3.
Blader met de cursortoets naar de parameter Vacuüm.
De led vóór de functie licht op bij de geselecteerde functie.
4.
Druk op de toets + / VACUUM STOP om de waarde aan te passen naar maximaal.
5.
Druk eenmaal op de cursortoets om de parameter Vacuüm in te stellen.
Het parameterdisplay toont UIT. De led in het functiedisplay blijft op Vacuüm staan.
6.
Druk op de toets – / STOP en de toets + / VACUUM STOP om de waarde van Vacuüm+ aan
te passen.
Bij het instellen van een waarde verschijnt er rechts onder in het parameterdisplay een punt.
7.
Druk op de toets REPROG om de nieuwe parameter te activeren.
Het functiedisplay stopt met knipperen.
6.7.1.3
Gas (optie)
Voor het beschermen van het product kan het wenselijk zijn om na het vacuüm trekken een gas
in de verpakking te doseren. Optioneel kan de machine van een begassingsaansluiting voorzien
worden.
Zie Technische gegevens op pagina 61 voor de aansluitgegevens.
Gebruik nooit een gasmengsel met meer dan 20% zuurstof of andere explosieve gassen.
Dit kan levensgevaarlijke explosies veroorzaken.
Door het begassen neemt de sealdruk af. De minimale einddruk (na het begassen) moet
30% (300 mbar/0,3 op de vacuümmeter) zijn om goed te kunnen sealen.
1.
Druk op de toets PROG 0 – 9 om het programma te selecteren waarbij u Gas wilt instellen.
2.
Druk op de toets REPROG om de programmeermodus te selecteren.
Het functiedisplay gaat knipperen.
3.
Blader met de cursortoets naar de parameter Gas.
De led vóór de functie licht op bij de geselecteerde functie.
4.
Druk op de toets + / VACUUM STOP om de waarde aan te passen.
5.
Druk op de toets REPROG om de nieuwe parameter te activeren.
Het functiedisplay stopt met knipperen.
Bediening
32