1.
Toets STOP
Hiermee wordt tijdens een verpakkingscyclus de volledige cyclus onderbroken. Alle functies
worden overgeslagen en de cyclus wordt beëindigd.
2.
Aan/uit-knop
Hiermee wordt de bediening in-/uitgeschakeld.
3.
Scherm
Het scherm heeft vier mogelijke modi: Zie Figuur 8: Mogelijke schermmodi op pagina 25 en
Figuur 9: Mogelijke schermmodi op pagina 25.
• Opstartmodus: toont de huidige datum en tijd tijdens het opstarten van de machine. Het
toont tevens de geïnstalleerde softwareversie. De gebruiker kan geen actie ondernemen.
• Navigatiemodus: toont een programma met zijn functies. De gebruiker kan door de
verschillende programma´s navigeren en de huidige instelling van elke functie bekijken.
• Instellingsmodus: waar de gebruiker alle instellingen kan bekijken en aanpassen, indien
ingelogd als eigenaar.
• Cyclusmodus: wanneer de machine begonnen is met een verpakkingscyclus, worden er
animaties van de functies weergegeven samen met de huidige waarde van de betreffende
functie.
Cursortoetsen ▲, ▼, ◄ en ►
4.
Hiermee navigeert u door de functies. Met de toets ► wordt de actieve functie gestopt en
gaat u verder met de volgende stap in de cyclus. Zie Doorgaan naar de volgende stap van de
cyclus op pagina 30.
5.
Enter
Hiermee activeert/bevestigt u de geselecteerde waarde.
6.2.1
Instellingen ACS wijzigen
Om ongeoorloofd wijzigen van de instellingen en aanpassingen te voorkomen, zijn er verschillende
niveaus van autorisatie: gebruiker en eigenaar. Met een autorisatiecode voor gebruikers of
Figuur 8: Mogelijke schermmodi
Figuur 9: Mogelijke schermmodi
Bediening
25