Carteroliepomp
AFTAPMETHODE
1.
Houd de buitenboordmotor ongeveer een minuut naar buiten/omhoog gekanteld voorbij de verticale
stand, zodat eventueel ingesloten olie terug kan stromen naar het oliecarter.
2.
Zet de buitenboordmotor verticaal.
3.
Plaats een geschikte opvangbak onder de motoroliecarterplug. De aftapplug met sluitring bevindt zich
onder de spatplaat, aan de bakboordkant van de buitenboordmotor.
4.
Haal de aftapplug en sluitring los. Installeer de olieaftaptrechter op de aftapplug/sluitring.
b
Olieaftaptrechter
5.
Verwijder de aftapplug/sluitring en laat de motorolie in een opvangbak lopen.
6.
Breng de aftapplug/sluitring weer aan.
OLIEFILTER VERVANGEN
BELANGRIJK: Ter voorkoming of vermindering van het morsen van olie bij het verwijderen van het oliefilter
moet de buitenboordmotor rechtop staan (niet schuin). De motor moet koud zijn of heeft ten minste één uur
lang niet gedraaid.
1.
Verwijder de motorkap.
ONDERHOUD
11591
a
28778
4993
91-90265A 5
Voor het verwijderen van de motorolie zonder
het carter te hoeven aftappen.
a -
aftapplug/sluitring
b -
olieaftaptrechter
91-892866A01
Leidt de afgetapte motorolie weg, zodat deze
niet in aanraking komt met de spat- en
anticavitatieplaten.
86
nld