3-14. Het aansluiten van de netvoeding
9
4
7
4
5
Benodigde gereedschappen:
3/8 in
11/16 in
OM-2223 Pagina 20
GND/PE aarding
8
11
10
2
1
BELANGRIJK
6
L1 (U)
L2 (V)
7
L3 (W)
4
3
GND/PE aarding
3/8 in
Y De installatie moet voldoen aan alle na-
Y Ontkoppel en blokkeer de stroomvoor-
Y Maak eerst de ingaande stroomverbin-
Y Sluit altijd eerst de groene of groengele
Kijk op het label op het apparaat voor de stroom-
vereisten en controleer de invoerspanning die
op de werkplek beschikbaar is.
1
De sectie en lengte van de invoerkabel bepalen
d.m.v. Sectie 3-12. De conductoren moeten
voldoen aan de nationale en locale elektrische
richtlijnen. Zonodig ringklemmen gebruiken van
de juiste stroomcapaciteit en met een gat met de
juiste diameter.
Ingaande stroomaansluitingen van las-
stroombron
2
De kabel door de spanningsontlasting leiden en
de schroef aandraaien.
3
4
5
Ingangscontactor
Sluit eerst de groene of groengele aardegeleider
aan op de aardingsklem van de lasstroombron.
Als het systeem is voorzien van de optionele
aardstroomdetector , leid dan de aardegeleider
eerst tweemaal door de aardstroomdetector en
sluit hem dan aan op de aardingsklem.
6
7
Sluit de ingaande geleiders L1 (U), L2 (V) en L3
(W) aan op de lijnklemmen voor de lasstroom-
bron.
Sluit de toegangsdeur van de lasstroombron en
vergrendel hem.
Ontkoppel de aansluitpunten voor de in-
gaande stroom op het apparaat
8
9
Sluit eerst de groene of groengele aardstroom-
geleider aan op de ontkoppelde aardingsklem
van het apparaat.
10 Ontkoppel de lijnklemmen van het
Sluit de ingaande geleiders L1 (U), L2 (V) en L3
(W) aan op de ontkoppelde lijnklemmen van het
apparaat.
11 Overbelastingsbeveiliging
Bepaal het type en de maat van de overbelas-
tingsbeveiliging aan de hand van sectie 3-12 (af-
gebeeld: gezekerde ontkoppelingsschakelaar).
Sluit de toegangsdeur van het lijnscheidingsme-
chanisme en vergrendel hem. Verwijder de blok-
kering en zet de schakelaar in de ON−stand.
tionale en lokale regels en voorschriften
− alleen daartoe bevoegde personen mo-
gen deze installatie uitvoeren.
ziening voordat u de ingaande geleiders
vanaf het systeem aansluit.
dingen naar de lasstroombron.
stroomgeleider aan op een voeding-
smassaklem en nooit op een lijnklem.
Ingaande stroomgeleiders (snoer aan te
leveren door klant)
Spanningsontlasting
Aardeaansluiting van de machine
Groene of groengele aardegeleider
Aardstroomdetector (optioneel)
Lijnklemmen voor de lasstroombron
Ingaande geleiders L1 (U), L2 (V) en L3
(W)
Ontkoppel het apparaat (de schakelaar
staat afgebeeld in de OFF−stand)
Lijnscheidingsmechanisme met
aardeaansluiting (zelf aanschaffen)
apparaat
Ref. 800 103-C / Ref. 802 295