H
ANDLEIDING
N
.
F
O
UNCTIE
51
Werking van de ruimtetemperatuur-
regeling
Zie ook paragraaf 4.4.
52
Werking van de ingang voor externe
regelingen op het bedieningspaneel
58
Installatieniveau
Deze functie heeft een vaste waarde bij
typen CA S.
60
Werking van de ingang voor externe
regelingen op het toestel
61
Werking van de uitgangen voor
externe regelingen op het toestel
62
Geen functie
63
Geen functie
64
Geen functie
65
PID-factoren van de temperatuurrege-
ling in het toestel
66
67
69
Weergave van de ruimtetemperatuur
op het display
Zie ook paragraaf 4.4.
70
Versie van de software van het bedie-
ningspaneel
71
Het bedieningspaneel resetten
Gebruik deze functie:
• om storingen E1 of E2 te verhelpen
(zie paragraaf 6.4);
• nadat u een besturingsprint heeft
vervangen (zie paragraaf 7.8);
• nadat u een aangesloten toestel
heeft verwijderd of vervangen.
Versie: 5.0 (03-05-2011)
4.3.3 Functies in het installateursniveau
K
EUZEMOGELIJKHEDEN
0 = geen regeling
1 = regeling werkt met temperatuur van
aanzuig van toestel (standaardwaarde)
2 = regeling werkt met temperatuur van
bedieningspaneel
Zie paragraaf 4.5.3.
0 = niveau A voor gunstige omstandigheden
(lagere uitblaassnelheid en geluidsniveau)
1 = niveau B voor normale omstandigheden
(standaardwaarde)
Zie paragraaf 4.5.4.
Zie paragraaf 4.5.6.
Wijzig deze instellingen niet, behalve op aanwij-
zing van Biddle.
0 = niet weergeven
1 = weergeven (standaardwaarde)
Het versienummer wordt weergegeven.
(geen keuzes)
dF = alle functies staan op standaardwaarde
-- = er zijn functies met afwijkende waarden
Resetten:
• druk tegelijk op
U gaat direct terug naar het gebruikersniveau.
Alle waarden in het installateursniveau wor-
den hierbij op standaardwaarden gezet.
Noteer vooraf uw instellingen.
I
NSTELLINGEN
en
.
U
W
-
INSTEL
LING
X
X
X
X
39