I
NSTELLINGEN
N
.
F
O
UNCTIE
11
Standaardinstellingen in het beheer-
dersniveau
4.3
Installateursniveau
38
K
EUZEMOGELIJKHEDEN
dF = alle functies staan op standaardwaarden
-- = er zijn functies met afwijkende waarden
Alle instellingen op standaardwaarden zetten:
• druk tegelijk op
• druk 3 seconden op
Functies no. 2 en 10 blijven hiermee onge-
moeid.
4.3.1 Benodigde instellingen
Bij toepassing van externe regelingen
De instellingen voor de externe regelingen (functies no. 60 en
61) moeten altijd worden uitgevoerd bij de installatie (zie para-
graaf 4.5).
Overige situaties
De instellingen in het installateursniveau zijn optioneel. In de
meeste gevallen zullen de standaardinstellingen voldoen.
4.3.2 Instellingen wijzigen in het installateursniveau
Van gebruikersniveau naar installateursniveau gaan
•
Druk drie seconden gelijktijdig op de
-toets.
De tekst
verschijnt in het display. U bent nu in
het installateursniveau.
Bediening in het installateursniveau
Het kiezen van de functie, het wijzigen van de waarde, en het
teruggaan naar het gebruikersniveau doet u op dezelfde wijze
als in het beheerdersniveau (zie paragraaf 4.2.2).
C
-
OMFORT
LUCHTGORDIJN
en
.
-toets en de
U
W
-
INSTEL
LING
X