Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Verzadiging, Helderheid Of Kleurtint Wijzigen; Een Voorbeeld Weergeven Van De Afdruktaak - HP Deskjet F2100 All-in-One Series Helpgids

Verberg thumbnails Zie ook voor Deskjet F2100 All-in-One Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

Hoofdstuk 7

De verzadiging, helderheid of kleurtint wijzigen

Met de opties Verzadiging, Helderheid en Kleurtint kunt u de intensiteit van kleuren
instellen en afdrukken lichter of donkerder maken.
De verzadiging, helderheid of kleurtoon wijzigen
1.
Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst.
2.
Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing.
3.
Controleer of de HP All-in-One de geselecteerde printer is.
4.
Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent.
Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam
Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren.
5.
Klik op het tabblad Kleur.
6.
Klik op de knop Kleurenopties.
7.
Pas met de schuifregelaars de Verzadiging, Helderheid of Kleurtoon aan.
Helderheid geeft aan hoe licht of donker een afgedrukt document is.
Verzadiging is de relatieve zuiverheid van afgedrukte kleuren.
Kleurtoon beïnvloedt waargenomen warmte of koelheid van de afgedrukte
kleuren door oranje of blauwe tonen toe te voegen aan de afbeelding.

Een voorbeeld weergeven van de afdruktaak

U kunt de afdruktaak bekijken voordat u deze naar de HP All-in-One verzendt. Hiermee
voorkomt u dat u papier en inkt verspilt aan projecten die niet op de gewenste wijze
worden afgedrukt.
Een voorbeeld weergeven van de afdruktaak
1.
Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst.
2.
Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing.
3.
Controleer of de HP All-in-One de geselecteerde printer is.
4.
Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent.
Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam
Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren.
5.
Selecteer de gewenste afdrukinstellingen voor het project op de tabbladen van het
dialoogvenster.
6.
Klik op het tabblad Functies.
7.
Selecteer de optie Afdrukvoorbeeld weergeven vóór het afdrukken.
8.
Klik op OK en klik vervolgens op Afdrukken of OK in het dialoogvenster
Afdrukken.
De afdruktaak wordt in het voorbeeldvenster weergegeven.
9.
Voer een van de volgende handelingen uit in het dialoogvenster
HP Afdrukvoorbeeld:
Klik op Start afdrukken om te beginnen met afdrukken.
Klik op Afdrukken annuleren als u de afdruktaak wilt annuleren.
36
Afdrukken vanaf de computer

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave