Menu 5.11 - warmtepompinstellingen
Instellingen voor de geïnstalleerde warmtepomp kun-
nen in de submenu's worden verricht.
Menu 5.11.1 - EB101
Verricht hier de instellingen voor de geïnstalleerde
warmtepompen en laadpomp.
Menu 5.11.1.1 - warmtepomp
Verricht hier de instellingen voor de geïnstalleerde
warmtepomp. Zie voor de mogelijke instellingen de
installatiehandleiding voor de betreffende geïnstalleer-
de warmtepomp.
Menu 5.11.1.2 - laadpomp
bedrijfsstand
Instelbereik: auto / handmatig
Standaardwaarde: auto
Stel de snelheid in waarop de laadpomp moet draaien
in de huidige bedrijfsstand.
auto: De laadpomp selecteert de optimale snelheid
voor de huidige bedrijfsstand voor de VVM 310.
handmatig: De snelheid van de laadpomp is instelbaar
tussen 0 en 100%.
NIBE™ VVM 310
Hoofdstuk 8 |
Regeling - Menu's
59