Snelgids Navigatie Toets OK (bevestigen/selecteren) Toets Terug (terug/ongedaan maken/afsluiten) Selectieknop (verplaatsen/verhogen/verlagen) Een gedetailleerde uitleg van de toetsfuncties vindt u op pagina 34. Het bladeren door de menu' s en het verrichten van diverse instellingen wordt beschreven op pagina 36. Het binnenklimaat instellen BINNENKLIMAAT WARMTAPWATER MIJN INSTALLATIE...
Dit symbool duidt tips aan om het gebruik van het product te vergemakkelijken. Keurmerk VVM 500 is voorzien van het CE-merk en voldoet aan IP21. Het CE-keurmerk houdt in dat NIBE garandeert dat het product voldoet aan alle relevante, uit EU-richtlijnen voortvloeiende wet- en regelgeving ten aanzien van het product.
NIBE AB Sweden, Box 14, Hannabadsvägen 5, SE-285 21 Markaryd Tel: +46-(0)433-73 000 Fax: +46-(0)433-73 190 E-mail: info@nibe.se www.nibe.se Voor landen die niet in deze lijst staan kunt u contact opnemen met Nibe Sweden of kunt u kijken op www.nibe.eu voor meer informatie.
2 Bezorging en verwerking Transport Geleverde componenten De VVM 500 dient verticaal en droog te worden ver- voerd en opgeslagen. Tijdens het naar binnen dragen 40 mm kan de VVM 500 echter voorzichtig op de achterkant worden neergelegd. Montage Buitenvoeler...
2. Draai het zijpaneel iets naar buiten. 3. Beweeg het luik naar achteren en iets naar de zij- kant. 4. Trek het zijpaneel naar één zijde. 5. Trek het luik naar voren. Hoofdstuk 2 | Bezorging en verwerking NIBE™ VVM 500...
Bovendien moet de leiding vorstvrij zijn aangelegd. Voorzichtig! NIBE raadt aan de VVM 500 zo dicht mogelijk bij de Er wordt geen expansievat bij het product warmtepomp te installeren voor optimaal comfort. Zie geleverd. Breng zelf een expansievat op het voor meer informatie over de locatie van de verschillen- product aan.
De VVM 500 wordt aangesloten Afsluiter op het afgiftesysteem. Aftapkraan De VVM 500 is bedoeld voor aansluiting op en commu- nicatie met F2020/F2025/F2026/F2030/F2040/F2300, die samen een complete verwarmingsinstallatie vor- Inregelklep men.
XL3 Aansluiting, koud water G 25 int. XL4 Aansluiting, warm water G 25 ext. XL8 Aansluiting, koppeling in afgiftesysteem G 25 int. XL9 Aansluiting, koppeling uit afgiftesysteem G 25 int. NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 4 | Aansluiting van de leidingen...
De aansluitset (accessoire) is vereist. De VPB 200 wordt bij Product Softwareversie voorkeur links van de VVM 500 geplaatst. Voor de VPBS 300 en AHPS moeten leidingen achter de eenheden F2015 worden getrokken, waarvoor een vrije ruimte tot de wand van 60-150 mm nodig is.
Pagina 17
Proppas Ketel met elektrisch verwarmingselement Als het mogelijk is een boiler met elektrische bijverwar- Backventil ming te gebruiken, kunnen boilers van het type NIBE Blandningsventil-del COMPACT of EMINENT worden gebruikt. Als de klepaansluiting extern moet worden geïnstal- leerd, naar buiten moet worden verplaatst of uit elkaar moet worden gehaald, moet deze worden vervangen door een tweedelige koppeling Ø...
60 °C kan stijgen. Bij het wijzigen van de fabrieksinstelling moet de nationale regelgeving De VVM 500 is niet voorzien van afsluiters. Deze dienen worden gevolgd. De instelling wordt verricht in menu buiten de binnenmodule te worden geïnstalleerd voor 5.1.1 (zie pagina 58).
Bij aanwezigheid van een zwembad moet de F135 worden aangesloten tussen het zwembad en de buitenluchtwarmtepomp. -AZ10 -CL11 -EP5 -BT51 -HQ4 -GP9 POOL -AA25 -CL11 -FL2 -QN19 -CM1 -HQ1 -EB15 -EB101 -FL10 -EB101 -RN10 -QM40 -HQ1 -QM41 -QM1 NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 4 | Aansluiting van de leidingen...
0,5 mm² met een max. lengte van 50 m te bedragen, bijvoorbeeld EKKX of LiYY of gelijkwaardig. Gebruik voor het trekken van kabels in de VVM 500 ■ Automatische zekering de kabeldoorvoeren UB1en UB2 (zie tekening). Trek...
Pagina 24
VVM 500 1. Duw de pal met de schroevendraaier (A) voorzich- tig omlaag (B). 2. Neem de afdekking los en verwijder deze. Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluitingen NIBE™ VVM 500...
Als u externe bedrijfsspanning voor het regelsysteem dan 20 cm bij een hoogspanningskabel wor- voor de VVM 500 wilt aansluiten op de printplaat van den gelegd. de bijverwarming (AA1) moet de randconnector bij AA1:X2 worden verplaatst naar AA1:X9 (zie illustratie).
Pagina 26
AA3-X6 AA3-X6 de gebruiker de binnentemperatuur van de woning wil aflezen op de display van de VVM 500, moet de sensor worden geïnstalleerd. Sluit de kamersensor aan op de X6:3 en X6:4 op de ingangsprintplaat (AA3). Indien de sensor wordt gebruikt om de kamertempe- ratuur te wijzigen in °C en/of om de kamertemperatuur...
Communicatie Als de VVM 500 moet worden verbonden met de warmtepomp, wordt deze aangesloten op de klemmen X4:13, X4:14 en X4:15 op de ingangskaart (AA3). F20XX VVM500 F2030/F2040/F2300 VVM 500 VVM 500 AA3-X4 AA3-X4 F2026 VVM 500 F2026 VVM500 AA3-X4 F20XX VVM500 F2020/F2025 VVM 500...
Vergrendeling vermogen De VVM 500 voldoet aan de geldende bouwvoorschrif- För frånluftsvärme! ten (BBR). Dit betekent dat de maximale vermogensaf- gifte (maximaal geïnstalleerd elektrisch vermogen voor verwarming) in menu 5.1.13 kan worden vergrendeld.
VVM 500 Mogelijke selectie AUX-ingangen Temperatuursensor, koeling/verwarming 1 2 3 4 Er kan een extra temperatuursensor worden aangeslo- ten op de VVM 500 om te kunnen bepalen wanneer AA3-X4 AA3-X4 het tijd is om te schakelen tussen verwarming en koe- ling.
Pagina 30
De bijverwarming en/of de compressor worden ont- Er kan een externe contactfunctie worden aangesloten koppeld door een potentiaalvrij contact aan te sluiten op de VVM 500 om de aanvoertemperatuur en de ka- op een ingang welke is geselecteerd in menu 5.4, zie mertemperatuur te wijzigen.
AA3-X7 In systemen met zowel vloerverwarming als VVM 500 radiatoren moet voor een optimaal bedrijf F1X45 VVM 500 NIBE ECS 40/41 worden gebruikt. Extern Externt Mogelijke keuze AUX-uitgang (potentiaal- vrij, variabel relais) AA3-X7 Het is mogelijk een externe aansluiting te realiseren via een relais (potentiaalvrij, variabel relais) (max.
Instructies voor het aansluiten van accessoires vindt u in de bij het accessoire geleverde handleiding. Zie pa- gina 69 voor de lijst met accessoires die kunnen worden gebruikt met de VVM 500. Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluitingen NIBE™ VVM 500...
Sluit de vulklep. 4. Open de extern gemonteerde veiligheidsklep tot de druk in de VVM 500 zich binnen het normale werkbereik bevindt (ca. 1 bar) en controleer of er geen lucht in het systeem zit door aan de ontluch- tingskleppen te draaien (QM20).
Lees hier op welk menu in het regelsysteem deze pagi- te helpen bij de ontluchting van de VVM 500 na van de startgids gebaseerd is. De cijfers tussen haakjes verwijzen naar het menunummer in het regel- LET OP! systeem.
Voorzichtig! Kies de bedrijfsstand auto of handmatig als de binnenmodule met warmtepomp moet draaien. Pompsnelheid Beide circulatiepompen in de VVM 500 zijn frequentie- geregeld en stellen zichzelf in op basis van regeling en externe vraag naar verwarming. Capaciteit circulatiepomp Druk Beschikbare druk, circulatiepomp, GP1 Tillgängligt tryck...
■ in de menu's en tussen de opties scrollen. ■ de waarden verhogen en verlagen. ■ scrollen door pagina's, sommige informatie is verdeeld over meerder pagina's (bijvoor- beeld helptekst of service-info). Hoofdstuk 7 | Bediening - Inleiding NIBE™ VVM 500...
4.7. tie en toegang tot alarmlog. Zie pagina 49. Menu 4 - MIJN SYSTEEM Dit symbool geeft aan of de VVM 500 contact heeft met NIBE Uplink™. Instellen van tijd, datum, taal, weergave, bedrijfsmodus, enz. Zie pagina 50.
1. Markeer de betreffende optie d.m.v. de selctie- knop. Een van de opties is voorgeselecteerd (wit). 2. Druk op OK om de geselecteerde optie te be- vestigen. De geselecteerde optie heeft een groen vinkje. Hoofdstuk 7 | Bediening - Inleiding NIBE™ VVM 500...
2. Druk op de OK-knop om naar de volgende stap in de startgids te gaan. Indien de startgids zich links van deze pagina bevindt, wordt deze automatisch korter NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 7 | Bediening - Inleiding 60 min.
De waarde in het display wordt weergegeven als een geavanceerd Verwarmingscurve, instelling met extern temperatuur in °C indien het klimaatsysteem wordt contact, minimale waarde van aanvoertemperatuur, geregeld door een ruimtevoeler. ruimtevoeler, koelfunctie en +Adjust instellen. Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's NIBE™ VVM 500...
(instelling in menu 1.1). Eén stap is gewoonlijk voldoen- de om de kamertemperatuur met één graad te veran- deren, maar in sommige gevallen kunnen meerdere stappen nodig zijn. NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's...
Pagina 42
De regeling stopt dan de dag erna op en wijzigt u daarna de gewenste dagen. de ingestelde stoptijd. Het programma start altijd op de datum waarvoor de starttijd is ingesteld. Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's NIBE™ VVM 500...
Conflict: Indien twee instellingen botsen, wordt er een rood uitroepteken weergegeven. Als u voor elke dag van de week hetzelfde programma wilt instellen, vult u eerst "alle" in en wijzigt u daarna de gewenste dagen. NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's...
Pagina 44
1. Draai de selectieknop dusdanig dat de ring op de Normaal gesproken hoeft de curve niet verder te wor- as met de buitentemperatuur is gemarkeerd. den afgesteld. 2. Drukt u op OK. Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's NIBE™ VVM 500...
3. Volg de grijze lijn tot aan de curve en vervolgens temperatuur naar het klimaatsysteem. Dit betekent naar links om de waarde af te lezen voor de aan- dat de VVM 500 nooit een lagere temperatuur bere- voertemperatuur bij de geselecteerde buitentem- kent dan de hier ingestelde temperatuur.
Pagina 46
Instelbereik: 1 – 100% de gewenste temperatuur kan dalen voordat de Fabrieksinstelling: 70% VVM 500 overschakelt naar verwarmen. U kunt de VVM 500 gebruiken om de woning tijdens warme perioden te koelen. LET OP! Bepaalde instellingsopties ziet u alleen als hun functie is geïnstalleerd en geactiveerd in...
Indien het koud is in de woning, bij bijvoor- 2 leidingen. beeld -2 °C, wordt "punt buitentemperatuur" Hier kunt u instellen hoe lang de VVM 500 moet ingesteld op "-2" en wordt "wijziging in wachten tot deze terugkeert naar verwarmen als er stooklijn"...
Pagina 48
U kunt ook instellen hoeveel invloed +Adjust op de berekende aanvoertemperatuur moet hebben. Hoe hoger de waarde, hoe groter de invloed. *Ondersteuning voor +Adjust vereist Voorzichtig! +Adjust moet eerst worden geselecteerd in menu 5.4 ”ingangen/uitgangen software” Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's NIBE™ VVM 500...
OK. De resterende tijd voor de geselecteer- de instelling wordt aan de rechterkant weergegeven. Wanneer de tijd voorbij is, keert de VVM 500 terug naar de modus die in menu 2.2. is ingesteld. Selecteer “uit" om tijdelijk in luxe uit te schakelen.
Pagina 50
"bedrijfstijd" bepaal hoe lang de circulatiepomp voor warmtapwater moet draaien per activering. "stilstand" bepaal hoe lang de circulatiepomp voor warmtapwater niet mag draaien tussen activeringen. Voorzichtig! Warmtapwatercirculatie wordt geactiveerd in menu 5.4 "ingangen en uitgangen software". Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's NIBE™ VVM 500...
Menu 3.3 - info bijverwarming Hier kunt u informatie over de instellingen, bedrijfssta- tus en statistieken van de bijverwarming krijgen. Er kunnen geen wijzigingen worden doorgevoerd. NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's...
Statusinformatie starttemperatuur zakt en er geen vraag is naar warm- "instellen" wordt weergegeven als u een vakantiepro- tapwater of verwarming, begint de VVM 500 met de gramma instelt dat op dit moment niet actief is, "actief" zwembadverwarming.
Menu 4.1.3.1 - nibe uplink toepassing zijn, kunt u de automatische stand kiezen of contact opnemen met uw netwerk- Hier kunt u de aansluiting van de installatie op NIBE beheerder (of vergelijkbaar) voor meer infor- Uplink™ (http://www.nibeuplink.com) beheren en het aantal via het internet op de installatie aangesloten matie.
Pagina 54
De functie is gebaseerd op uurtarieven voor de komen- peratuur van het warmtapwater zo hoog mogelijk in- de 24 uur die worden binnengehaald via NIBE Uplink™ gesteld terwijl alleen de compressor in bedrijf is (elek- en daarom zijn een internetaansluiting en een account trisch verwarmingselement niet toegestaan).
U kunt selecteren welk pictogram zichtbaar moet zijn Instelbereik: compressor, addition, heating, cooling wanneer de deur naar de VVM 500 is gesloten. U kunt maximaal 3 pictogrammen selecteren. Indien u er meer selecteert, verdwijnen de eerste pictogrammen. De De bedrijfsstand van de binnenmodule is meestal inge- pictogrammen worden weergegeven in de volgorde steld op "auto".
Als programmeren actief is, wordt het relevante blok- keersymbool in het hoofdmenu op het symbool voor LET OP! de binnenmodule getoond. Kan niet hoger worden ingesteld dan "stop bijverwarming" hoger dan "stop verwarming". Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's NIBE™ VVM 500...
Pagina 57
De regeling stopt dan de dag erna op programma wilt instellen, vult u eerst "alle" in de ingestelde stoptijd. en wijzigt u daarna de gewenste dagen. Het programma start altijd op de datum waarvoor de starttijd is ingesteld. NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's...
Pagina 58
Het programma start altijd op de datum waarvoor de starttijd is ingesteld. LET OP! Het langdurig programmeren van de "stille stand" kan een verminderd comfort of lager rendement tot gevolg hebben. Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's NIBE™ VVM 500...
Handmatige start van de startgids die de bedrijfsinstellingen Bedrijfsinstellingen voor de bin- eerste keer wordt gebruikt wanneer de binnenmodule nenmodule. wordt gestart. systeeminstellingen Systeeminstellingen voor de bin- snelstart Snelstarten van de compressor. nenmodule, activeren van accessoires enz. NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's...
Indien de installatie meerdere klimaat- bij een alarm. systemen heeft, kunnen er afzonderlijke maximale aanvoertemperaturen worden ingesteld voor ieder systeem. Afgiftesystemen 2-8 kunnen niet worden in- gesteld op een hogere max. aanvoertemperatuur dan klimaatsysteem 1. Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's NIBE™ VVM 500...
Dit menu is bedoeld voor het testen van de Hier stelt u het max. elektrische vermogen in van de VVM 500 volgens verschillende standaarden. interne elektrische bijverwarming in de VVM 500 en Gebruik van dit menu voor andere doeleinden de zekeringgrootte voor de installatie.
Pagina 62
Instelbereik: aan/uit Fabrieksinstelling: op Voorzichtig! gebruik in verwarmingsstand Dit menu wordt alleen weergegeven als VVM 500 is aangesloten op een warmtepomp gebruik in koelstand met een invertergestuurde compressor. Instelbereik: aan/uit Fabrieksinstelling: uit Menu 5.1.25 - tijd filteralarm mengklep versterker maanden t.
Als de temperatuur in het zonnepaneel hoger is dan deze instelling op het- zelfde moment dat de temperatuur in de zonnetank hoger is dan de ingestelde maximumtemperatuur, wordt de extere functie voor koeling geactiveerd. NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's...
Voorzichtig! apparatuur beschadigen. Het log met wijzigingen wordt opgeslagen bij herstarten en blijft ongewijzigd na fabrieksin- stelling. Hoofdstuk 8 | Regeling - Menu's NIBE™ VVM 500...
Standaardwaarde: auto Stel hier de bedrijfsstand van de laadpomp in. auto: De laadpomp draait volgens de huidige bedrijfs- stand van de VVM 500. intermitterend: De laadpomp start en stopt 20 secon- den voor en na de compressor in de warmtepomp.
Service mag uitsluitend door ter zake kundig 351,0 3,256 personeel worden verricht. 251,6 3,240 Gebruik bij het vervangen van onderdelen van 182,5 3,218 de VVM 500 uitsluitend vervangende onderde- 133,8 3,189 len van NIBE. 99,22 3,150 74,32 3,105 Noodstand 56,20...
Pagina 67
Menu 7.1 - software updaten software updaten7.1 start met updaten kies een ander bestand Hier kunt u de software in de VVM 500 updaten. Voorzichtig! De volgende functies werken alleen als het USB-geheugen bestanden bevat met software voor de VVM 500 van NIBE.
Pagina 68
USB-geheugen kan niet ongedaan worden gemaakt. Instelbereik: 1 s – 60 min Bereik fabrieksinstelling: 5 s Stel in of de huidige meetwaarden van de VVM 500 moeten worden opgeslagen in een logbestand in het USB-geheugen. Loggen gedurende langere perioden 1.
Open menu 1.1 "temperatuur" en verhoog de ver- ■ schuiving van de stooklijn. Indien de kamertempe- ratuur alleen laag is bij koud weer, moet de helling van de stooklijn in menu 1.9.1 "stooklijn naar boven toe worden bijgesteld. NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 10 | Storingen in comfort...
■ Minimale tijd tussen compressorstarten is nog niet ■ bereikt. Wacht 30 minuten en controleer of de compressor ■ is gestart. Alarm geactiveerd. ■ Volg de instructies op het display. ■ Hoofdstuk 10 | Storingen in comfort NIBE™ VVM 500...
RMU 40 houdt in dat regeling en bewaking van de Communicatiemodule SMS 40 warmtepomp kunnen plaatsvinden in een ander deel van het pand dan de plaats waar de VVM 500 zich be- SMS 40 maakt het mogelijk om de VVM 500 te regelen vindt.
Pagina 72
VVM. Het binnendeel regelt de F135. Onderdeelnr. 066 075 Zwembadverwarming POOL 500 POOL 500 is er een accessoire dat zwembadverwarming mogelijk maakt met de VVM 500. Onderdeelnr. 067 181 Hoofdstuk 11 | Accessoires NIBE™ VVM 500...
Kraanvolume 40 °C bij Normaal comfort Kraanvolume 40 °C bij Luxe comfort Stand-byverlies volgens DIN 4753-8. Afmetingen en gewicht Breedte Diepte Hoogte 1900 Benodigde opstelhoogte 2000 Gewicht (excl. verpakking) Art. nr. 069 400 NIBE™ VVM 500 Hoofdstuk 12 | Technische gegevens...
Pagina 76
Geldt met een buitenluchtwarmtepomp bij 7/45 °C (buitenluchttemperatuur/temperatuur aanvoerleiding) Hoofdstuk 12 | Technische gegevens NIBE™ VVM 500...