Bedieningsinstructies
82
te worden opgesteld door de opzichter op het
werkterrein. Te weten:
OPMERKING!
Bepaalde onderdelen van de basismachine kunnen
het zicht beperken, zoals de cabinestijlen en de
cabineconstructie, de uitlaatpijp, de motorkap en
extra uitrusting zoals bakken, palletvorken,
grijperbakken en dergelijke. Ook de last die u met
dergelijke aanbouwdelen hanteert kan het zicht
belemmeren.
Zorg dat machinist en ander personeel op locatie
goed op de hoogte zijn van de
veiligheidsvoorschriften.
Wijs een speciale rijroute voor de machine en
andere voertuigen aan. Zorg dat er zo weinig
mogelijk achteruitgereden hoeft te worden.
Beperk het werkbereik van de machine.
Wijs een seingever aan om u te helpen. Gebruik
de seinen die in het overzicht hefseinen staan, zie
157 .
bladzijde
Maak zo nodig apparatuur vrij voor
tweewegcommunicatie.
Zorg dat personeel op locatie duidelijk aan u te
kennen geeft dat ze de machine naderen.
Maak gebruik van waarschuwingsborden.
De ISO-norm 5006 "Earthmoving machinery -
Operator's field of view" (Grondverzetmachines -
gezichtsveld bestuurder) gaat in op het zicht van de
machinist op het gebied rond de machine en dient
om het zicht te kunnen meten en beoordelen.
De machine is getest en goedgekeurd aan de hand
van prestatiecriteria in de genoemde norm. De
methode voor het beoordelen van het zicht heeft
niet de pretentie rekening te houden met alle
aspecten, maar biedt wel voldoende informatie om
te bepalen of extra voorzieningen zoals een
waarschuwingssysteem nodig zijn.
De test werd uitgevoerd bij machines met
standaarduitrusting en standaardaanbouwdelen.
Als de machine wordt aangepast of uitgerust met
andere uitrustingsstukken of aanbouwdelen die het
zicht belemmeren, dient opnieuw gecontroleerd te
worden of de machine voldoet aan de ISO-norm
5006.