4.6 Specifieke parameters cascadesysteem
De volgorde van de parameters is bepaald door het referentiemenu.
Referentiemenu
M1
Parametermenu
M2
Configuratiemenu cascademodule
M3
Configuratiemenu cascadeketel
M4
Configuratiemenu inrichting
Par.
Menu
Weergave Display
Nr.
M2
72
Activeer Noodmodus
Setpoint Noodmo-
M2
74
dus
Vertr. Insch. Volg.
M2
75
Mod.
Vertr. Uitsch. Volg.
M2
76
Mod.
Vertr. Quick Start
M2
142
Volg.
Vertr. Quick Start
M2
143
Volg.
M2
77
Hyst. Insch. Mod
M2
78
Hyst. Uitsch. Mod.
M2
144
Hyst. Quick Start
M2
145
Hyst. Quick Stop
Hyst. Volledige
M2
146
Uitsch.
M2
147
Aantal eenheden
M2
148
Cascademodus
M2
79
Max. Daling Setp.
Beschrijving
Activeert de noodmodus. Deze modus wordt inge-
schakeld wanneer de Managing-module de commu-
nicatie met de primaire sonde verliest. In dit geval,
als de Par. 72 is ingesteld op Ja, dan wordt de cascade
ingeschakeld met een door Par. 74 bepaald vast
setpoint.
Actief setpoint tijdens noodmodus.
Bepaalt de wachttijd in seconden voor het inschake-
len van de volgende module in cascade in de normale
inschakelmodus.
Bepaalt de wachttijd in seconden voor het uitschake-
len van de laatst in cascade ingeschakelde module in
de normale uitschakelmodus.
Bepaalt de wachttijd in seconden voor het inschake-
len van de volgende module in cascade in de snelle
inschakelmodus.
Bepaalt de wachttijd in seconden voor het uitschake-
len van de laatst in cascade ingeschakelde module in
de snelle uitschakelmodus.
Bepaalt hoeveel graden de door de primaire sonde
gedetecteerde temperatuur onder het setpoint moet
zakken opdat de volgende module wordt ingescha-
keld nadat de in Par. 75 bepaalde tijd is verstreken.
Bepaalt hoeveel graden de door de primaire sonde
gedetecteerde temperatuur boven het setpoint moet
stijgen opdat de laatst ingeschakelde module wordt
uitgeschakeld nadat de in Par. 76 bepaalde tijd is
verstreken.
Bepaalt hoeveel graden de door de primaire sonde
gedetecteerde temperatuur onder het setpoint moet
zakken opdat de volgende module wordt ingescha-
keld nadat de in Par. 142 bepaalde tijd is verstreken
(snelle inschakelmodus).
Bepaalt hoeveel graden de door de primaire sonde
gedetecteerde temperatuur boven het setpoint moet
stijgen opdat de laatst ingeschakelde module wordt
uitgeschakeld nadat de in Par. 143 bepaalde tijd is
verstreken (snelle uitschakelmodus).
Bepaalt hoeveel graden de door de primaire sonde
gedetecteerde temperatuur boven het setpoint moet
stijgen opdat alle ingeschakelde modules tegelijker-
tijd worden uitgeschakeld.
Bepaalt uit hoeveel modules de cascade is samenge-
steld.
Bepaalt de werkmodus van de cascade.
Bepaalt de maximumdaling van het cascadesetpoint
op het primaire circuit. Deze wordt gebaseerd op de
door de primaire sonde gedetecteerde waarde.
Toegangstype
U
Gebruiker
I
Installateur
O
Constructeur
Bereik
Ja/Nee
20...65
5...255
5...255
5...255
5...255
0...40
0...40
0...40
0...40
0...40
1...16
0 Disab-
led 1 Min
burners
2 Max
burners
0...40
89
VERBINDING IN CASCADE
Oor-
spron-
Toe-
kelijke
UM
gangs-
fabrieks-
type
waarde
Ja
U
70
°C
I
120
Sec.
I
30
Sec.
I
60
Sec.
I
15
Sec.
I
5
°C
I
4
°C
I
20
°C
I
6
°C
I
8
°C
I
8
I
2
I
2
°C
I
Categorie
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade
Cascade