Motorolie toevoegen
1.
Reinig de omgeving van de olievuldop en
peilstok
(Figuur
163).
Figuur 163
1. Peilstok
2. Olievuldop (klepdeksel)
2.
Verwijder de olievuldop en giet langzaam
ongeveer 80% van de gespecificeerde
hoeveelheid olie door het klepdeksel.
3.
Giet langzaam extra olie bij totdat het oliepeil
de F (vol)-markering op de peilstok bereikt,
zie
Aanbevolen motorolie (bladz. 77)
motoroliepeil controleren (bladz.
Belangrijk:
Giet niet te veel olie in de carter.
4.
Plaats de vuldop en de peilstok terug.Plaats de
vuldop en de peilstok terug.
Onderhoud van de bougies
Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsu-
ren—Controleer de bougies.
Bougies verwijderen
1.
Maak de machine klaar voor onderhoud, zie
machine klaar maken voor onderhoud (bladz.
69).
2.
Maak de kabels los van de bougies
g002359
3. Oliepeil markeringen op
de peilstok
en
Het
77).
De
(Figuur
164).
1. Bougiekabel
3.
Maak de omgeving van de bougies schoon.
4.
Demonteer de bougies en metalen pakkingen
met een bougiesleutel.
Bougies controleren
Type bougie: Champion RC12YC of gelijkwaardig
Elektrodenafstand: 0,75 mm
1.
Bekijk de binnenkant van de bougies
165). Als de isolator lichtbruin of grijs is, werkt
de motor naar behoren. Een zwarte laag op de
isolator duidt meestal op een vuil luchtfilter.
Belangrijk:
Bougies nooit schoonmaken.
Bougies altijd vervangen bij zwarte laag op
de bougie, versleten elektroden, vettige laag
op de bougie of scheuren.
1. Massa-elektrode
2. Centrale elektrode
2.
Controleer de afstand tussen de centrale
elektrode en de massa-elektrode.
3.
Verbuig de massa-elektrode om de juiste
afstand in te stellen indien dit nodig is.
79
Figuur 164
2. Bougie
(Figuur
Figuur 165
3. Isolator
4. 0,75 mm
elektrodenafstand
(tekening niet op schaal)
g004207
g326888