Opmerking:
Bewaar alle onderdelen voor
latere montage.
Het maaidek monteren
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak en schakel de aftakas uit.
2.
Beweeg de rijhendels naar buiten in de
vergrendelde neutraalstand, schakel de motor
uit, verwijder het contactsleuteltje, stel de
parkeerrem in werking en wacht totdat alle
bewegende delen tot stilstand zijn gekomen
voordat u de bestuurdersstoel verlaat.
3.
Schuif het maaidek onder de machine.
4.
Zet de maaihoogtehendel in de laagste stand.
5.
Plaats de maaihoogtepen in de vergrendelstand
voor de laagste maaistand.
6.
Til de achterzijde van het maaidek op en
bevestig de kettingen aan de achterste
hefarmen
(Figuur
7.
Bevestig de voorste kettingen aan de voorste
hefarmen
(Figuur
8.
Monteer de lange verbindingsstang door de
framehanger en het maaidek.
9.
Bevestig de draaipen met de R-pennen en de
ringen die u eerder verwijderd hebt
10.
Monteer de maaierriem op de motorpoelie;
raadpleeg stap
Aandrijfriem van maaidek
vervangen (bladz.
11.
Draai de twee onderste bouten vast waarmee
de afdekking van het maaidek is bevestigd aan
het maaidek
(Figuur
Grasgeleider vervangen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of
dagelijks—Controleer de
grasgeleider op schade
WAARSCHUWING
Als een uitwerpopening niet is afgesloten, kan
het maaidek voorwerpen in de richting van de
bestuurder of omstanders werpen. Dit kan
ernstig letsel veroorzaken. Daarnaast kunt u
ook in contact komen met het mes.
Gebruik de maaimachine nooit zonder
mulchplaat, grasgeleider of grasvanger.
Controleer vóór elk gebruik de grasgeleider op
schade. Vervang vóór gebruik beschadigde
filterelementen.
76).
76).
(Figuur
51).
41).
1.
Verwijder de borgpen uit het uiteinde van de
stang
(Figuur
2.
Koppel de veer los van de inkeping in de
geleiderbeugel en schuif de stang uit de gelaste
maaidekbeugels, veer en grasgeleider
77). Verwijder een beschadigde of versleten
grasgeleider.
75).
1. Grasgeleider
2. Maaidekbeugels
3. Stang
3.
Plaats de nieuwe grasgeleider met de
beugeluiteinden tussen de gelaste beugel op
het maaidek zoals getoond in
4.
Plaats de veer op het rechte uiteinde van de
stang. Plaats de veer zo op de stang dat het
korte uiteinde met de veer onder de stang voor
de bocht uitkomt en over de stang gaat als deze
terugkomt uit de bocht.
5.
Breng het uiteinde van de veer met de lus
omhoog en bevestig in de inkeping op de beugel
van de geleider
53
77).
Figuur 77
4. Veer
5. Veer over de stang
6. Borgpen
Figuur
(Figuur
78).
(Figuur
g028042
77.