REMKO ATY
Elektrisch schakelschema
aTY 260 aT / aTY 350 aT
Omkeerventiel
Stuur-
leiding
aTY 260 iT / aTY 350 iT
Zwenkmotoren
Zwaaimotoren
Voor het in bedrijf nemen
Na een succesvolle controle van
de dichtheid de vacuümpomp via
het manometerstation aansluiten
op de ventielopeningen van het
buitendeel (zie hoofdstuk "Dicht-
heidscontrole") en een vacuüm
opwekken.
Voor de eerste in gebruikname van
het toestel en na ingrepen in het
koelcircuit moeten de volgende
26
Condensorventilator
Com-
pressor
Condensator, gecombineerd
Verdamper-
ventilator
Zekering
controles worden doorgevoerd en
in het testverslag worden opgeno-
men:
Controle van alle koelmiddellei-
■
dingen en -ventielen op dicht-
heid met lekzoekspray en op
een accidenteel omwisselen van
de aanzuig- en de aanvoerlei-
ding.
Terwijl het toestel stil staat.
kleurmarkering
WH = wit
BU = blauw
BR = bruin
BK = zwart
RD = rood
YE = geel
Ionen-generator
Stuurlei-
ding
Netlei-
ding
Controle van de koelmiddellei-
■
dingen en de isolatie op be-
schadigingen.
Controle van de elektrische
■
verbinding tussen binnen- en
buitendeel op de juiste polari-
teit.
Controleren van alle bevestigin-
■
gen, ophangingen enz. op een
juiste houding en
correct niveau.
Koelmiddel toevoegen
OPGELET
Tijdens de omgang met koel-
middelen steeds aangepaste
beschermkledij dragen.
De toestellen beschikken over een
basisvulling met koelmiddel. Daar-
boven moet bij slanglengtes voor
het koelmiddel
van meer dan 5 meter enkele
lengte per kring een extra hoeveel-
heid aan koelmiddel, overeenkom-
stig onderstaande tabel, worden
bijgevuld:
ATY 260
Enkele
Extra vulhoeveelheid
leidinglengte
Tot 5 m
0 g/m
incl.
5 m tot
10 g/m
max. 15 m
AAnwIjzInG
Denk er om, dat het
gebruikte koelmiddel
steeds onder vloeibare vorm
wordt bijgevuld!
ATY 350