• Gebruik of laad een beschadigde, vervormde of te hete accu niet op. Een beschadigde
accu kan warmte produceren, scheuren, lekken, ontbranden of exploderen.
• Gebruik de accu alleen waarvoor ze bedoeld is.
• De accu kan ontvlambare gassen uitstoten bij overbelasting.
• Stel de accu niet bloot aan mechanische schokken.
• Gebruik of bedien geen beschadigd(e) of niet goed werkend(e) laadstation of voeding.
• Sluit het laadstation of de voeding niet aan op een stekkerdoos of verlengsnoer.
• Gebruik geen laadstation of voeding die een harde of zware klap heeft gekregen.
• Gebruik geen ander laadstation dan het station dat is ontworpen voor de maaier;
raadpleeg de Gebruikershandleiding voor de juiste laadinstructies.
• Sluit geen beschadigd stroomsnoer aan. Raak een beschadigd snoer onder spanning
niet aan.
Gedeelten van het gazon trimmen waar de
robotmaaier niet bij kan
De maaimessen komen niet tot aan de rand van het maaierscherm, dus u moet regelmatig
ten minste 10 cm ongemaaid gras trimmen.
Voorbeelden van gebieden die u moet trimmen zijn de volgende:
• Tussen het gazon en een hek, oprit, stoep, enz.
• Rond een boom, vuurplaats, enz.
Gat tussen de maaischijf en de rand van het
maaierscherm – 10 cm
Gebruik: Gedeelten van het gazon trimmen waar de
robotmaaier niet bij kan
G474711
Ongemaaid gras
Pagina 5–3
3448-238 C