ken te bespeuren zijn. OPGELET: Als
het waarschuwingslampje voor lage
oliedruk aangaat of als er olielekken
zijn, dient u de motor uit te schakelen
en op zoek te gaan naar de oorzaak.
Wanneer u de motor blijft gebruiken
zonder eerst het probleem te verhel-
pen, kan hij ernstig beschadigd ra-
ken. Raadpleeg uw Yamaha-dealer
als u het probleem niet kunt lokalise-
ren en oplossen.
12. Ruim gebruikte olie op volgens de plaat-
selijk geldende voorschriften.
NOTA:
Voor verdere informatie over het opruimen
●
van gebruikte olie, raadpleeg uw Yamaha-
dealer.
Ververs de olie vaker wanneer u de motor
●
onder ongunstige omstandigheden ge-
bruikt, zoals langdurig stapvoets varen.
DMU29114
Inspecteer bedrading en
aansluitstukken
Inspecteer dat elk aansluitstuk stevig is
●
aangesloten.
Inspecteer dat elke massakabel stevig
●
vastzit.
[DCM01622]
ZMU04286
DMU32112
Propeller controleren
DWM01881
WAARSCHUWING
U kan ernstig gewond raken wanneer de
motor per ongeluk start terwijl u zich in
de buurt van de propeller bevindt. Alvo-
rens de propeller te inspecteren, te de-
monteren of te installeren, dient u de
schakelinrichting in neutraal te zetten, de
hoofdschakelaar op "
de sleutel te verwijderen en de clip van de
motorstopschakelaar
Schakel de accuschakelaar uit als uw
boot daarmee uitgerust is.
Houd de propeller niet met uw hand vast
wanneer u de propellermoer los- of vast-
draait. Plaats een houten blok tussen de
anti-cavitatieplaat en de propeller om te be-
letten dat de propeller kan draaien.
Controlepunten
Controleer elk propellerblad op erosie door
●
cavitatie of ventilatie, of op andere schade.
Controleer de propelleras op schade.
●
Controleer de spiebanen op slijtage of
●
schade.
Controleer of er geen visdraad rond de
●
propelleras is gedraaid.
Onderhoud
" (uit) te zetten,
te
verwijderen.
ZMU01897
62