Onderhoud
aandrijfsysteem
De sporing afstellen
De sporingsknop zit onder de stoel.
Draai deze knop voor de fijnafstelling zodat de machine recht
vooruit rijdt als de rijhendels volledig naar voren zijn geduwd.
1. Laat de machine gedurende minstens 5 minuten op
3/4 snelheid draaien zodat de hydraulische vloeistof de
bedrijfstemperatuur bereikt. Stop de machine en wacht
totdat alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen.
2. Stel de parkeerrem in werking.
3. Ontgrendel de stoel en kantel deze omhoog om
sporingsknop te bereiken. Zie
ontgrendelen (bladz.
4. Draai de knop naar rechts om meer naar rechts te
sturen, en naar links om meer naar links te sturen.
5. Maak de instelling in stappen van 1/8 omwenteling
totdat de machine recht vooruit spoort.
6. Controleer en verzeker dat de machine niet kruipt in
neutraal als de parkeerrem is vrijgezet
Figuur 50
1. Sporingsknop
De bandenspanning
controleren
Onderhoudsinterval: Om de 40 bedrijfsuren
Zorg dat de banden achter een spanning van 103 kPa hebben.
Een ongelijke bandenspanning kan leiden tot onregelmatige
maairesultaten. De bandenspanning kan het best bij koude
banden worden gecontroleerd.
Bestuurdersstoel
22).
(Figuur
50).
g025157
Opmerking: De band achter is semipneumatisch en de
spanning hoeft niet te worden ingesteld.
Opmerking: Gebruik geen interne coating of schuimvulling
in de banden.
De wielmoeren controleren
Onderhoudsinterval: Na de eerste 100 bedrijfsuren
Om de 500 bedrijfsuren
Controleer de wielmoeren en draai ze vast met een torsie van
122 tot 129 N·m.
Controleren van de
wielnaafmoeren
Onderhoudsinterval: Na de eerste 100 bedrijfsuren
Om de 500 bedrijfsuren
Controleer dat het koppel van de ingekeepte moer 373 tot
475 N-m bedraagt.
Instellen van de zwenklagers
van de zwenkwielen
Onderhoudsinterval: Om de 500 bedrijfsuren/Jaarlijks
(houd hierbij de kortste periode aan)
1. Zet de snelheidshendel in de
machine te stoppen.
2. Schakel de aftakas uit, schakel de parkeerrem in, stop
de motor, en wacht totdat alle bewegende delen tot
stilstand zijn gekomen.
3. Verwijder de stofkap van het zwenkwiel en trek de
borgmoer aan
(Figuur 52
4. Trek de borgmoer aan totdat de schotelveren vlak
liggen, draai de moer dan 1/4 slag terug om de
voorspanning op de lagers in te stellen
Figuur
53).
Belangrijk: Controleer dat de schotelveren juist
zijn geplaatst zoals in
42
Figuur 51
stand om de
NEUTRALE
en
Figuur
53).
(Figuur 52
Figuur 52
en
Figuur
en
53.