Voorkom bewegingsonscherpte door beeldstabilisatie te gebruiken
Zorg ervoor dat u de camera stevig met beide handen vasthoudt en druk de ontspanknop langzaam in
om te voorkomen dat de camera beweegt. U kunt de bewegingsonscherpte ook reduceren door op h
te drukken voordat u de foto maakt.
g "h-knop Fotograferen met de beeldstabilisator" (Blz. 17)
Foto's worden sneller onscherp als:
• foto's worden gemaakt met een sterk vergrotende zoominstelling, d.w.z. met functies van
zowel optische zoom als digitale zoom,
• het onderwerp is donker en de sluitertijd is lang, of
• er worden motiefprogramma's gebruikt waarbij de flitser uitstaat en / of de sluitertijd lang is.
Gestabiliseerde foto's maken zonder flitser
De flitser wordt automatisch geactiveerd als er onvoldoende licht is of als de camera wordt bewogen.
Om zonder flitser te fotograferen op donkere plekken, zet u de flitserfunctie op [$] en voert u de
volgende instelling uit:
Kies een hogere [ISO]-instelling
g "ISO De ISO-gevoeligheid wijzigen" (Blz. 23)
Het beeld is te korrelig
Er zijn verschillende factoren die ervoor zorgen dat het beeld korrelig wordt.
Digitale zoom gebruiken om close-ups te maken
• Met de digitale zoom wordt een uitsnede van het beeld gemaakt en vergroot. Hoe sterker
de vergroting, des te korreliger het beeld.
g "DIGITAL ZOOM Inzoomen op uw object" (Blz. 24)
Kies een hogere ISO-gevoeligheid
• Als u de [ISO]-instelling verhoogt, kan er "ruis" ontstaan, dat als puntjes met ongewenste
kleuren of als oneffenheden in de kleur verschijnt, en het beeld korrelig maken. Deze camera
is uitgerust met een functie voor fotograferen met een hoge gevoeligheid met
ruisonderdrukking. Door de ISO-gevoeligheid te verhogen kan er echter ruis ontstaan,
afhankelijk van de lichtomstandigheden.
g "ISO De ISO-gevoeligheid wijzigen" (Blz. 23)
Foto's maken met de juiste kleur
• De oorzaak van verschillen tussen de kleuren op een foto en de werkelijke kleuren is de
lichtbron die het object verlicht. [WB] is de functie waarmee de camera de juiste kleuren
kan bepalen. In normale gevallen zorgt de [AUTO]-instelling voor de optimale witbalans, maar
afhankelijk van het object kan het beter zijn om de [WB]-instelling handmatig aan te passen.
• Als het object zich op een zonnige dag in de schaduw bevindt
• Als het object wordt verlicht door zowel natuurlijk licht als verlichting binnen, bijvoorbeeld
wanneer het object zich vlakbij een raam bevindt
• Als de kleur wit niet in het midden van het beeld voorkomt
g "WB Kleur van een foto aanpassen" (Blz. 23)
54
NL