16)
LAGE PWM OFFSET 1
Wordt gebruikt om het minimale gewenste toerental of het hydraulische debiet van de regelklep in
te stellen. Wordt gebruikt om het nulpunt of stoppunt van de regelklep in te stellen.
a)
Op het display staat
b)
Zet de productschakelaar op MAN en de giekschakelaars en hoofdschakelaar op ON. Houd
de schakelaar INC/DEC ingedrukt tot de motor stopt. Verhoog het weergegeven getal totdat
de motor loopt en voer dan een getal dat 10 kleiner is in.
c)
Houd de schakelaar INC/DEC ingedrukt om te verlagen. Als de motor niet stopt, verlaagt u
het offset-getal met 10 en drukt u nogmaals op de schakelaar DEC.
d)
Druk even op
FREQUENTIE 122).
17)
PWM FREQUENTIE 122
a)
Op het display staat
b)
Druk op
(bv. 180 Hz). Druk op
c)
Druk even op
18)
GEGEVENSBLOKKERING
Volgorde voor het activeren van de gegevensblokkeringscode (deze functie zorgt dat geen
gegevens ingevoerd kunnen worden zonder eerst de gegevensblokkeringscode in te voeren).
a)
Op het display staat
GEGEVENSBLOKKERING). Druk op
b)
Op het display staat
c)
Voer binnen 15 seconden een 4-cijferige code in.
(bv. 1058, druk op
Volgorde voor veranderen van gegevensblokkeringscode.
a)
Druk op
GEGEVENSBLOKKERING) op het display staat. Druk op
b)
Op het display staat
c)
Voer binnen 14 seconden een 4-cijferige oude code in en druk op
display staat
d)
Voer binnen 15 seconden een 4-cijferige nieuwe code in of 0 om de gegevensblokkering
te wissen.
LOW PWM OFFSET 1
om verder te gaan naar PWM FREQUENCY 122 (PWM
PWM FREQUENCY 122
. Voer de spoelfrequentie van de gebruikte PWM klep in
om verder te gaan naar DATA-LOCK (GEGEVENSBLOKKERING).
PRESS ENTER FOR DATA-LOCK
(NIEUWE CODE E).
NEW CODE E
totdat
PRESS ENTER FOR DATA-LOCK
(OUDE CODE E).
OLD CODE E
.
NEW CODE E
.
.
, druk nogmaals op
(DRUK OP ENTER VOOR
.
en
).
(DRUK OP ENTER VOOR
26
.
.
.
Op het