Inhoudsopgave
Advertenties
10.3 Passieve gecombineerde modus (P27=2)
Deze modus is geoptimaliseerd voor installaties waarin u de modus "steunbron" en de modus "hulpbron" wilt
combineren met passieve hulpenergiebronnen die geen primaire watercirculatie genereren, zoals een elektrische
weerstand, een warmtewisselaar, enz.
Wanneer de buitentemperatuur onder de met de parameters P09 en P10 in het technisch menu geselecteerde
waarde daalt, worden de hulpenergiebronnen in combinatie met de warmtepomp geactiveerd, zoals beschreven
in het hoofdstuk "Werking van de hulpenergiebronnen".
Wanneer de buitentemperatuur onder de in parameter P28 van het technisch menu geselecteerde waarde daalt,
schakelt de warmtepomp uit (Stand By) en blijft de hulpbron E2 over als enige warmtebron in het systeem, zoals
beschreven in de paragraaf "Werkingsmodus hulpbron".
Wanneer de werking van een reserve- of hulpkrachtbron (E1 of E2) wordt geactiveerd, wordt de
warmtepompcirculatiepomp (C4) geactiveerd.
10.4 Actieve gecombineerde modus (P27 = 3)
Deze bedrijfsmodus is geoptimaliseerd voor systemen waarin u de "steunbronmodus" en de "hulpbronmodus"
wilt combineren met actieve hulpenergiebronnen die een primair watercircuit genereren, zoals een ketel.
Wanneer de buitentemperatuur onder de met de parameters P09 en P10 in het technisch menu geselecteerde
waarde daalt, worden de hulpenergiebronnen in combinatie met de warmtepomp geactiveerd, zoals beschreven
in het hoofdstuk "Werking van de hulpenergiebronnen".
Als de buitentemperatuur onder de in parameter P28 van het Technologiemenu geselecteerde waarde daalt,
wordt de warmtepomp uitgeschakeld (Stand By), waardoor hulpbron E2 als enige warmtebron in het systeem
overblijft, zoals beschreven in de paragraaf "Modus hulpbron".
OPMERKING:
DE CIRCULATIEPOMP VAN DE WARMTEPOMP (C4) WORDT NIET GEACTIVEERD in de modus
hulpbron, dus het is belangrijk dat de hulpbron een eigen circulatiepomp heeft.
49
Advertenties
Inhoudsopgave
