Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aansluiting Van Een Reserve-Energiebron Voor Warm Water (E1) - Lowe PLW compact eco plus Installatie- En Bedieningsvoorschriften

Inhoudsopgave

Advertenties

NL
6.6.4 Aansluiting van de reserve-energiebron voor warm water (E1)
Op de warmtepomp kan een elektrisch verwarmingselement worden aangesloten ter ondersteuning van de
warmwaterbereiding (optioneel). Deze moet in het daarvoor bestemde stopcontact in de opslagtank worden
gemonteerd. Met dit verwarmingselement kan een warmwatertemperatuur van meer dan 50 ºC worden bereikt,
zodat de nodige temperatuur wordt bereikt voor de correcte werking van de functie ter bescherming tegen
legionella.
De elektrische aansluiting van de weerstand wordt gemaakt tussen de klemmen E1L en N (neutraal) van de
componentenaansluiting van de warmtepomp.
Het relais dat de verwarming activeert heeft een maximaal verbruik van 20 A. Daarom moet voor de aansluiting
van weerstanden van meer dan 4.500 W een beveiliging worden aangesloten tussen de klemmen van de
netaansluiting en het verwarmingselement.
Als alternatief voor elektrische bijverwarming maakt de warmtepomp de aansluiting van een conventionele
energiebron mogelijk, zoals een gasketel, een stookolieketel, biomassa, enz. Daartoe moet het warmwatertoestel
worden uitgerust met een hulpwarmtewisselaar en/of een tussensysteem dat de hydraulische aansluiting van
bovengenoemde hulpenergiebron mogelijk maakt.
Voor de verbinding tussen de reserve-energiebron en de warmtepomp worden dezelfde klemmen E1L en N
(neutraal) van de vermogenslijst van de componenten gebruikt. Afhankelijk van de installatiekenmerken en het
type reserveketel kan de elektrische aansluiting op minstens 2 verschillende manieren gebeuren
worden:
Directe verbinding
Bij dit type aansluiting wordt de onder spanning staande uitgang van relais E11 (230 V~; maximaal 20A)
gebruikt om de reserve-energiebron rechtstreeks te activeren (inschakelen van de ketel, activeren van de
reserve-circulatiepomp, enz.)
hoofdvoedingsingang van de reserveboiler en/of het toestel van de beoogde installatie.
Houd er b i j h e t a a n s l u i t e n v a n de back-up stroombron rekening mee dat het maximale vermogen
van relais E1 20A is.
28
N C6L L
Sluit hiertoe de klemmen E1L en N van de warmtepomp aan op de
G2S G3S N C H COM

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave