03-4
Waarschuwingen bij het verwisselen van
een wiel
Plaats een geschikte krik uitsluitend op
de daarvoor bestemde chassisdelen!
Bijvoorbeeld op de asbuis naar de
tuimelarmgroep of op de langsligger
ter hoogte van de asbevestiging.
Wordt de krik op andere plaatsen
bevestigd, dan kan dat tot beschadiging
van het voertuig of zelfs tot ongevallen
door omlaag vallen van het voertuig
leiden!
De krik dient alleen voor het verwisselen
van de banden. Hij mag niet voor
werkzaamheden onder het voertuig
gebruikt worden!
De uitdraaisteunen dienen niet als
krikken!
De krik is geen standaard accessoire en
maakt derhalve geen deel uit van het
standaardpakket.
Na het verwisselen van het wiel moet
na een afstand van 50 km worden
gecontroleerd of de wielbouten stevig
vastzitten en moeten deze zo nodig
aangehaald worden.