10 Instellingsprocedures
Voor PostScript-printerdrivers:
Stelt de gradatie af voor de andere items dan [CAD] van [Beeldtypen], wanneer u
[Hoge snelheid] kiest van [Afdrukkwaliteit] op het tabblad [Beeldopties].
Stelt de gradatie af voor [Auto] en [Gradatie] van [Raster] op het tabblad
[Beeldopties].
OPMERKING: Wanneer [Auto] wordt geselecteerd, kan het weergegeven raster
afwijken, overeenkomstig de instellingen van [Beeldtype] na het selecteren van
[Basisinstellingen]; of [RGB-kleurcorrectie] en [CMYK-kleurcorrectie] na het
selecteren van [Geavanceerde instellingen].
Papierinvoer
Geeft aan welke papierlade tijdens het aanpassen van de gradatie moet worden
gebruikt.
Doel
Geeft het bereik aan van de opdrachten die door de aanpassing in de gradatie worden
beïnvloed.
Overzichten
Met deze toepassing kunt u aangeven hoe overzichten automatisch moeten worden
afgedrukt.
1.
Selecteer [Overzichten] op het
scherm [Gemeenschappelijke
instellingen].
2.
Wijzig de gewenste instellingen.
Met de zijtabs kunt u tussen de
schermen wisselen.
3.
Selecteer [Sluiten].
Toets Afdrukoverzicht
Geeft aan of de functie [Overzicht/lijst afdrukken] op het tabblad [Kostenteller/
afdrukoverzicht] in het scherm [Apparaatstatus] wordt weergegeven. Zie Overzicht/lijst
afdrukken in het hoofdstuk Apparaatstatus op pagina 352.
Opdrachtenhistorieoverzicht
Geeft aan of er na iedere 50 opdrachten automatisch een historieoverzicht moet
worden afgedrukt.
Activiteitenoverzicht
Geeft aan of na iedere 100 faxopdrachten automatisch een activiteitenoverzicht moet
worden afgedrukt. Op een activiteitenoverzicht wordt het resultaat van de
verzendingen en ontvangsten getoond.
252
Xerox WorkCentre 7132 Handleiding voor de gebruiker