Download Print deze pagina

Xerox WorkCentre 7132 Handleiding Voor De Gebruiker pagina 101

Verberg thumbnails Zie ook voor WorkCentre 7132:

Advertenties

Speciale tekens
U kunt speciale tekens invoeren als onderdeel van een faxnummer, die tijdens het
kiezen van het nummer verschillende functies uitvoeren. Sommige tekens worden
alleen gebruikt tijdens automatisch kiezen, zoals :, !, /, - en =. Afhankelijk van de
gebruikte telefoon- en communicatielijnen kunnen enkele of alle tekens worden
gebruikt.
Teken
< >
spatie
Xerox WorkCentre 7132 Handleiding voor de gebruiker
Functie
-
Kiespauze (voor
een pauze
tijdens het
kiezen)
/
Maskeren van
informatie (ter
bescherming van
vertrouwelijke
informatie)
\
Schermmasker
:
Puls/toon-
schakelaar
'
Snelkiezen of
groepscode
Schakelaar
communicatielijn
=
Kiestoon-
waarneming
S
Controle van
toegangscode
(voor identificatie
van extern
apparaat)
Verbetering van
leesbaarheid
Voegt een pauze in het faxnummer in, bijvoorbeeld als u
een belkaart gebruikt. Druk meerdere malen op de toets
<Kiespauze> om een langere pauze in te voeren.
Selecteer [/] vóór en na het invoeren van de vertrouwelijke
informatie om deze als sterretjes te laten verschijnen. Dit
teken moet door een ! worden voorafgegaan.
Maskeert de toegangscode van de mailbox op het scherm
met sterretjes (*). Selecteer [
mailboxtoegangscode.
Schakelt pulskiezen om naar toonkiezen, bijvoorbeeld
wanneer een geautomatiseerd berichtenopnamesysteem
wordt gebruikt, waarvoor toonsignalen nodig zijn.
Geeft een 3-cijferige snelkiescode of groepscode aan.
Plaats dit teken voor en na de code.
Voor overschakelen van communicatielijnen die
parametergegevens omvatten, waarbij de
parametergegevens de cijfers 0 t/m 9 of "," bevatten. De
parametergegevens moeten tussen punthaken staan ("<"
en ">"). Als G3-3CH is geïnstalleerd, en u <1>, <2> of <4>
invoert voordat u de faxbestemming opgeeft, wordt op een
andere communicatielijn overgeschakeld.
Er wordt pas gekozen wanneer een kiestoon wordt
waargenomen.
Gebruik dit teken om te controleren of het juiste cijfer is
ingevoerd. Het apparaat controleert of de toegangscode
die u na "S" heeft ingevoerd, overeenkomt met het
faxnummer van het externe apparaat. Indien de
toegangscode wordt bevestigd, verstuurt het apparaat het
document.
De leesbaarheid wordt verbeterd door spaties in een
telefoonnummer op te nemen, bijvoorbeeld "1 234 5678" in
plaats van "12345678".
Faxbestemmingen aangeven
Beschrijving
\
] vóór en na de
101

Advertenties

loading