5.4 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen aangaande het accupack
!
Lees vóór het begin van het laadproces alle bij de oplader bijgesloten aanwijzingen en waarschuwingen en neem
deze in acht, net zoals de volgende veiligheidsinstructies en waarschuwingen.
• Voor de viamobil mogen uitsluitend de door Alber geleverde accupacks gebruikt worden. Andere accutypes kunnen barsten en
verwondingen of materiële schade veroorzaken.
• Laad het accupack nooit in het bijzijn of in de buurt van brandbare vloeistoffen of gassen.
• Houd het accupack uit de buurt van vuur.
• Leg het accupack nooit op uw benen. Vooral bij vochtige benen kan stroom vloeien, hetgeen verbrandingen kan veroorzaken.
• Stel tijdens het laadproces de viamobil met het accupack erin aan geen enkele vloeistof (water, regenwater, sneeuw) bloot.
• Voer het laadproces nooit uit in ruimtes waarin vocht op de viamobil met daarin het accupack zou kunnen neerslaan.
• In het (onwaarschijnlijke) geval van een oververhitting of een brand van het accupack mag het onder geen enkele voorwaarde met
water of andere vloeistoffen in aanraking komen. Als enig zinvol blusmiddel raden de accucel-fabrikanten aan om te blussen met
zand.
• Laad het accupack nooit op bij temperaturen onder 0 °C of boven 40 °C. Als men probeert om een laadproces buiten dit
temperatuurbereik uit te voeren, schakelt de automatische modus van het accupack het laadproces automatisch uit.
• Telkens wanneer uw viamobil wordt ingezet, verbruikt hij energie. Het accupack mag nooit helemaal worden ontladen, aangezien het
hierdoor op den duur schade kan oplopen. Het is raadzaam om het accupack na elk gebruik weer op te laden.
• Laad het accupack uitsluitend op met de oplader van Alber die met de viamobil meegeleverd wordt. Het laadproces wordt automa-
tisch beëindigd, zodra het accupack opgeladen is. Overladen is daardoor uitgesloten.
• Na het laadproces moet eerst de verbinding van de oplader met de netstekkerdoos en daarna de verbinding met het accupack
verbroken worden.
• Gebruik het accupack uitsluitend voor de in deze gebruiksaanwijzing genoemde doeleinden.
• Haal het accupack nooit uit elkaar en breng geen wijzigingen aan.
• Verbind de polen van het accupack nooit met metalen voorwerpen.
• Dompel het accupack niet in water. Dit zou onherstelbare schade kunnen veroorzaken.
• De levensduur van het accupack is o.a. afhankelijk van de plaats waar het bewaard wordt. Laat het accupack (of deze nu in de
viamobiel aangebracht of eruit genomen is) daarom niet voor langere tijd op hete plaatsen liggen. Met name de kofferruimtes van
personenauto's die in de zon staan mogen alleen voor transport, maar niet in het algemeen als bewaarplaats gebruikt worden.
22
5.5 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen aangaande het opbergen van het accupack
• Gebruik de meegeleverde kartonnen doos om het accupack daarin te op te bergen.
• Bescherm het accupack onmiddellijk nadat u het uit de viamobiel genomen hebt. Er mag geen vocht noch vreemde deeltjes
(bijv. metaalsplinters, kleine spijkers of andere geleidende metalen) in het accupack dringen.
• Stel het accupack aan geen enkel vocht (water, regenwater, sneeuw enz.) bloot!
• Laad de accu-pack vóór het opslaan op en controleer de laadtoestand om de 3 maanden.
• Bewaar het accupack op een koele en droge plaats, waar het tegen beschadiging en onbevoegde toegang beschermd is.
• Vóór een verzending resp. transport van een beschadigd accupack moet overleg met uw vakhandelaar of het Alber Service Center
worden gepleegd.
• Instructies bij beschadiging of defect van het accupack:
Bij beschadiging of defect van het accupack moet het afgezonderd en gecontroleerd worden. Gelieve contact op te nemen met uw
vakhandelaar aangaande de verdere procedure met betrekking tot retourzending en reparatie.
Het defecte/beschadigde accupack mag onder geen enkele voorwaarde verder gebruikt of geopend worden.