Onderhoud
aandrijfsysteem
Torsie van wielmoeren
controleren
Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren
Om de 200 bedrijfsuren
Indien de wielmoeren niet steeds zijn
aangedraaid met de correcte torsie, kan dit
leiden tot defecten of verlies van het wiel,
waardoor lichamelijk letsel kan worden
veroorzaakt.
Draai de moeren van de voor- en achterwielen
vast met een torsie van 115-136 Nm na 1-4
bedrijfsuren en opnieuw na 8 bedrijfsuren. Haal
de wielmoeren daarna om de 200 bedrijfsuren
aan.
Opmerking: Moeren van voorwielen: 1/2-20 UNF.
Moeren van achterwielen: M12 x 1,6-6H (metrisch).
Olie van planeetwielaandrij-
ving controleren
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren
Controleer het oliepeil om de 400 bedrijfsuren of
als er olie naar buiten lekt. Gebruik hoogwaardige
SAE 85W-140 tandwielolie om de olie te verversen.
De inhoud van het systeem is ongeveer 0,5 liter.
1. Plaats de machine op een horizontaal vlak en
zet het wiel in een zodanige positie dat de
controle-/aftapplug (Figuur 44) op twee uur of tien
uur staat.
1. Controle-/aftapplug
2. Verwijder de plug op de planeetwielaandrijving
(Figuur 44). De olie moet tot aan de onderkant van
de opening van de controleplug op de achterkant
van de rem staan.
3. Giet indien nodig tandwielolie in de opening in de
planeetwielaandrijving totdat de olie het juiste peil
heeft bereikt. Plaats de plug.
4. Herhaal stappen 1–3 bij het tegenover gelegen
tandwielsysteem.
Olie van planeetwielaandrij-
ving verversen
Onderhoudsinterval: Na de eerste 200 bedrijfsuren
Om de 800 bedrijfsuren
Jaarlijks
De olie van de planeetwielaandrijving moet na de eerste
200 bedrijfsuren worden ververst. Daarna dient dit om
de 800 bedrijfsuren of jaarlijks te gebeuren, waarbij de
kortste periode moet worden aangehouden. Gebruik
hiervoor hoogwaardige SAE 85W-140 tandwielolie.
1. Plaats de machine op een horizontaal vlak en
zet het wiel in een zodanige positie dat de
controle-/aftapplug (Figuur 45) in de laagste positie
(6 uur) staat.
41
Figuur 44