Gebruikershandleiding voor 5330/5340 IP-telefoons
Het standaard-telefoonscherm en de standaardtoetsen
gebruiken
De standaard-telefoonschermen en -toetsen van de 5340 en 5330 IP-telefoon worden
hieronder weergegeven en beschreven. Het telefoonscherm biedt toegang tot de
programmeerbare toetsen en de hoofd-telefooninterface.
Aan de slag met uw telefoon
Nadat u de telefoon hebt ontvangen, moet u de functies en toepassingen programmeren. Druk
op de blauwe toepassingstoets
U kunt vervolgens de instellingen van uw telefoon programmeren, de lijst met contactpersonen
instellen via Personen (5340 IP-telefoon), gespreksdoorschakeling configureren, enzovoort.
Zie
Uw telefoontoepassingen
Functie
1) Softwaretoetsen
2) Programmeerbare
toetsen
3) Toetsen voor
paginanavigatie
4) Lijnstatus
om toegang te krijgen tot de toepassingen van uw telefoon.
gebruiken.
Standaardscherm en -toetsen van de 5340 en 5330 IP-telefoon
Functie
Hiermee hebt u toegang tot specifieke functies voor gespreksbesturing die
contextgevoelig zijn. Het zijn niet-programmeerbare functietoetsen die
specifiek zijn voor de toepassing of de status van het toestel. De 5330 kent
drie softwaretoetsen en de 5340 zes softwaretoetsen.
Hiermee start u specifieke functies voor gespreksbesturing. Gebruik de
toepassing Instellingen of de geïntegreerde aanvullende
kantoortoepassing om deze toetsen te programmeren. De 5340 biedt 16
programmeerbare toetsen per pagina (maximaal 47 programmeerbare
toetsen plus 1 toets voor de hoofdlijn). De 5330 biedt 8 programmeerbare
toetsen per pagina (maximaal 23 programmeerbare toetsen plus 1 toets
voor de hoofdlijn). Zie Functiers programmeren voor uw toetsen voor
instructies bij het programmeren van de toetsen.
Hiermee kunt u extra pagina's met informatie weergeven. De 5330 heeft
twee toetsen voor paginanavigatie: Terug en Volgende. De 5340 heeft drie
toetsen voor paginanavigatie: Terug, Start en Volgende.
Toont de tijd en de datum en pictogrammen die de volgende statussen
aangeven:
•
Bericht wacht (
•
Hoofdtelefoon (
hoofdtelefoonmodus staat.
•
NST (
) - Geeft aan dat de modus NST (Niet storen) is geactiveerd.
•
Aangemeld als (
aangemeld.
•
Conferentie-eenheid (
aangesloten en ingeschakeld.
) - Geeft aan dat er een nieuw voicemailbericht is.
) - Geeft aan dat de telefoon in de
) - Geeft aan dat een Hot Desk-gebruiker is
) - Geeft aan dat de conferentie-eenheid is
- 6 -