Hoofdstuk 2: Installatie
Bewaakte ingangen aansluiten
Sluit de bewaakte ingangsschakelaars aan op INPUT1 en INPUT2, zoals wordt
weergegeven in Afbeelding 8 onderstaand.
Afbeelding 8: Bewaakte ingangen aansluiten
Onderstaand in Tabel 8 ziet u de nominale weerstandswaarden (met inbegrip
van een eventuele kabelweerstand).
Tabel 8: Nominale weerstandswaarden voor bewaakte ingangen
Ingangfunctie
Evacuatiebevestiging (type 1, 100
seconden)
[1] Afhankelijk van de tolerantie kunnen de waarden tussen iedere status verschillen.
[2] Voor EN 54-13 compatibiliteit moet de actieve impedantie in het bereik van 220 Ω tot 3,9 kΩ
liggen.
[3] Hoge impedantiefout.
Tabel 9: Nominale weerstandswaarden voor "uitgang foutwaarschuwing" open
bewakingsingangen
Ingangfunctie
Uitgang foutwaarschuwing: Bewaking open circuit
[1] Voor de open circuit bewaking van de foutwaarschuwingsuitgang met de ingang, moet een
2010-FS EOL-bord geïnstalleerd worden. Zie "De foutwaarschuwingsuitgang aansluiten" op
pagina 20.
16
Ingang
Waarde [1]
1
≤ 220 Ω
> 220 Ω tot 8 kΩ
> 8 kΩ tot 10 kΩ
> 10 kΩ tot 20 kΩ
> 20 kΩ
Stand-by
≤ 9 kΩ
Status
Kortsluiting
Actief [2]
Fout [3]
Stand-by
Open circuit
Fout (open)
> 9 kΩ
Installatiehandleiding voor de 1X-F-reeks