10. Tip: Deze stap is wellicht handiger als u
het Bedieningspaneel (6) met de voorkant
omlaag op een zacht oppervlak legt.
Houd de Bedieningspaneelmodule (5) met
de hulp van een tweede persoon dicht bij het
Bedieningspaneel (6).
Verwijder de aangegeven kabelbinder (E) van de
Bedieningspaneelmodule (5). Sluit vervolgens
de connectors op de Moduledraad (91) aan op
de connectors op de bedieningspaneeldraden
(F). Tip: De connectors zouden makkelijk
samen moeten glijden en met een hoorbare
klik op hun plaats moeten klikken. Draai een
van de connectors en probeer het opnieuw
als dit niet gebeurt.
Steek dan de connectors in de Bedienings-
paneelmodule (5). Tip: Het kan makkelijker zijn
om de connectors één voor één in te steken.
11. Tip: Zorg dat de draden niet klem komen
te zitten. Kantel indien nodig de Beugel
van het Bedieningspaneel (26) omhoog om
deze stap makkelijker te maken. Bevestig
het Bedieningspaneel (6) aan de Beugel
van het Bedieningspaneel met vier M4 x
12mm Machineschroeven (100); draai alle
Machineschroeven eerst aan en draai ze
daarna vast.
10
11
6
11
6
F
91
26
100
Zorg dat
de draden
niet klem
komen te
zitten
E
5
100