Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Pc­configurator Aansluiten Op De Buitenunit; Energie Besparen En Optimale Werking; Mogelijke Hoofdgebruiksmethoden; Mogelijke Comfortinstellingen - Daikin VRV IV REYQ8T7Y1B Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur En De Gebruiker

Verberg thumbnails Zie ook voor VRV IV REYQ8T7Y1B:
Inhoudsopgave

Advertenties

7.2.9
PC­configurator aansluiten op de
buitenunit
2
3
4
5
a
Pc
b
Kabel (EKPCCAB)
c
Hoofdprintplaat buitenunit
7.3
Energie besparen en optimale
werking
Dit  VRV  IV­warmteterugwinningssysteem  is  uitgerust  met  een
geavanceerde energiespaarfunctie. U kunt voorrang geven aan een
laag  energieverbruik  of  aan  het  comfortniveau.  Verschillende
parameters kunnen worden ingesteld, met als resultaat de optimale
balans  tussen  energieverbruik  en  comfort  voor  een  specifieke
toepassing.
Zie  hierna  voor  een  beschrijving  van  de  mogelijke  patronen.  Wijzig
de  parameters  volgens  de  behoeften  van  uw  gebouw  en  voor  de
optimale balans tussen energieverbruik en comfort.
Ongeacht de geselecteerde regeling, blijven variaties op het gedrag
van  het  systeem  mogelijk  door  beschermingsregelingen  om  de  unit
stabiel  te  laten  draaien.  De  streefwaarde  ligt  echter  vast  en  wordt
gebruikt  om  een  optimaal  evenwicht  tussen  energieverbruik  en
comfort te bereiken, afhankelijk van het type van de toepassing.
De  selectieprocedures  en  setup  van  het  systeem  zijn  belangrijke
punten,  vooral  wanneer  Hydrobox­units  worden  gebruikt.  De
gevraagde  temperatuur  van  het  uittredend  water  uit  de  Hydrobox
heeft  voorrang  op  deze  energiebesparende  regeling,  aangezien
deze samenhangt met de vereiste watertemperatuur.
7.3.1
Mogelijke hoofdgebruiksmethoden
Basis
De  koelmiddeltemperatuur  wordt  vastgelegd  onafhankelijk  van  de
situatie.  Dit  komt  overeen  met  de  bekende  standaardwerking  van
vorige VRV­systemen.
Om dit te activeren in...
Koelen
Verwarmen
Automatisch
De  koelmiddeltemperatuur  wordt  ingesteld  afhankelijk  van  de
buitentemperatuur.  De  koelmiddeltemperatuur  wordt  zo  aangepast
aan  de  vereiste  belasting  (die  ook  overeenstemt  met  de
buitentemperatuur).
Wanneer  uw  systeem  bijvoorbeeld  in  de  koelstand  staat,  dan  moet
bij  een  lage  buitentemperatuur  (bijv.  25°C)  minder  worden  gekoeld
dan  bij  een  hoge  buitentemperatuur  (bijv.  35°C).  Op  basis  hiervan
begint  het  systeem  automatisch  de  koelmiddeltemperatuur  te
verhogen,  de  geleverde  capaciteit  te  verlagen  en  de  efficiëntie  van
het systeem te verhogen.
REYQ8~20+REMQ5T7Y1B
VRV IV­systeem airconditioner
4P353997­1A – 2014.08
a
c
b
X27A
A1P
Verander...
[2­8]=2
[2­9]=6
Wanneer  uw  systeem  bijvoorbeeld  in  de  verwarmstand  staat,  dan
moet  bij  een  hoge  buitentemperatuur  (bijv.  15°C)  minder  worden
verwarmd  dan  bij  een  lage  buitentemperatuur  (bijv.  –5°C).  Volgens
dit 
systeem 
begint 
het 
koelmiddeltemperatuur  te  verlagen,  de  geleverde  capaciteit  te
verlagen en de efficiëntie van het systeem te verhogen.
Om dit te activeren in...
Koelen
Verwarmen
Hi­sensible/economic (koelen/verwarmen)
De  koelmiddeltemperatuur  wordt  hoger/lager  (koelen/verwarmen)
ingesteld dan bij basisgebruik. De nadruk voor de Hi­sensible stand
ligt op het comfortgevoel van de klant.
De  selectiemethode  van  de  binnenunits  is  belangrijk  omdat  de
beschikbare capaciteit niet dezelfde is als bij basisgebruik.
Gelieve  contact  op  te  nemen  met  uw  dealer  voor  meer  informatie
over Hi­sensible toepassingen.
Om dit te activeren in...
Koelen
Verwarmen
[2­8]
3
4
5
6
7
[2­9]
1
3
7.3.2
Mogelijke comfortinstellingen
Voor elk van de voorgaande standen kan een comfortniveau worden
geselecteerd. Het comfortniveau houdt verband met de timing en de
inspanning (energieverbruik) om een bepaalde kamertemperatuur te
bereiken  door  de  koelmiddeltemperatuur  tijdelijk  te  veranderen  om
zo de gevraagde omstandigheden sneller te bereiken.
Krachtig
Overshoot  (bij  verwarmen)  of  undershoot  (bij  koelen)  is  toegestaan
ten  opzichte  van  de  gevraagde  koelmiddeltemperatuur  om  zo  de
vereiste  kamertemperatuur  heel  snel  te  bereiken.  Overshoot  is
toegestaan vanaf het opstarten.
▪ Bij  het  koelen  mag  de  verdampingstemperatuur,  afhankelijk  van
de situatie, tijdelijk tot 3°C dalen.
▪ Bij  het  verwarmen  mag  de  condensatietemperatuur,  afhankelijk
van de situatie, tijdelijk tot 49°C stijgen.
▪ Wanneer de vraag van de binnenunits afneemt, gaat het systeem
over  naar  een  stabiele  toestand,  bepaald  door  de  bovenstaande
werkingsstand.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
7 Configuratie
systeem 
automatisch 
de
Verander...
[2­8]=0 (standaard)
[2­9]=0 (standaard)
Verander...
stel [2­8] in op de waarde die
overeenstemt met de vereisten
van het voorontworpen systeem
met een Hi­sensible oplossing.
stel [2­9] in op de waarde die
overeenstemt met de vereisten
van het voorontworpen systeem
met een Hi­sensible oplossing.
T
­streefwaarde (°C)
e
7
8
9
10
11
T
­streefwaarde (°C)
c
41
43
47

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave