Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Stand 1: Controle Instellingen - Daikin VRV IV REYQ8T7Y1B Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur En De Gebruiker

Verberg thumbnails Zie ook voor VRV IV REYQ8T7Y1B:
Inhoudsopgave

Advertenties

Wat
Waarde van de
▪ Activeer  stand  2  (druk  meer  dan  5
geselecteerde instelling in
seconden  op  BS1)  en  selecteer  de
stand 2 veranderen
gewenste  instelling.  Druk  hiervoor  op
BS2.
▪ Druk  1  keer  op  BS3  om  naar  de
waarde van de gewenste instelling te
gaan.
▪ Stel de waarde van de geselecteerde
instelling in met BS2.
▪ Druk  1  keer  op  BS3  wanneer  de
gewenste waarde is geselecteerd om
de wijziging vast te leggen.
▪ Druk opnieuw op BS3 om de werking
te  beginnen  met  de  ingestelde
waarde.
Voorbeeld: 
Inhoud van parameter [2­18] controleren (hoge statische druk van de
ventilator van de buitenunit instellen).
[A­B]=C  in  dit  geval  gedefinieerd  als:  A=2;  B=18;  C=waarde  die
willen te weten komen/veranderen
1 Controleer of de aanduiding op het 7­segmentendisplay die van
de  normale  werking  is  (standaardsituatie  bij  verzending  in  de
fabriek).
2 Druk meer dan 5 seconden op BS1.
Gevolg: Stand 2 wordt geactiveerd: 
3 Druk 18 keer op BS2.
Gevolg: Stand 2 instelling 18 wordt opgeroepen: 
4 Druk 1 keer op BS3; de weergegeven waarde (afhankelijk van
de lokale situatie) is de staat van de instelling. In het geval van
[2­18]  is  de  standaardwaarde  "0";  dit  betekent  dat  de  functie
niet geactiveerd is.
Gevolg:  Stand  2  instelling  18  wordt  opgeroepen  en
geselecteerd; de weergegeven waarde is de actuele instelling.
5 Druk  op  BS2  tot  de  gewenste  waarde  op  het  7­
segmentendisplay verschijnt om de waarde van de instelling te
veranderen.  Druk  vervolgens  1  keer  op  BS3  om  de
instelwaarde  vast  te  leggen.  Druk  opnieuw  op  BS3  om  te
bevestigen  en  de  werking  met  de  gekozen  instelling  te
beginnen.
6 Druk 2 keer op BS1 om de controlefunctie af te sluiten.
Gevolg:  De  standaardsituatie  bij  verzending  van  de  fabriek  wordt
hersteld.
7.2.7
Stand 1: Controle instellingen
[1­0]
Geeft aan of de gecontroleerde unit een master­, slave 1­ of slave 2­
unit is.
Master, slave 1 en slave 2 zijn relevant bij systeemconfiguraties met
meerdere buitenunits. De logica van de unit bepaalt welke buitenunit
master, slave 1 of slave 2 is.
Lokale instellingen in stand 2 moeten in de master­unit worden
ingevoerd.
[1­0]
Geen aanduiding Niet­gedefinieerde situatie.
0
Buitenunit is master­unit.
1
Buitenunit is slave 1­unit.
2
Buitenunit is slave 2­unit.
REYQ8~20+REMQ5T7Y1B
VRV IV­systeem airconditioner
4P353997­1A – 2014.08
Hoe
Beschrijving
[1­1]
Geeft de status van de geluidsarme werking aan.
De  geluidsarme  werking  beperkt  het  door  de  unit  geproduceerde
geluid in vergelijking met de nominale bedrijfsomstandigheden.
[1­1]
0
Unit werkt momenteel niet in de geluidsarme
werking.
1
Unit werkt momenteel in de geluidsarme
werking.
De  geluidsarme  werking  kan  worden  ingesteld  in  stand  2.  De
geluidsarme  werking  van  het  buitenunitsysteem  kan  op  twee
manieren worden ingesteld.
▪ Bij  de  eerste  manier  wordt  de  geluidsarme  werking  door  middel
van  een  lokale  instelling  's  nachts  ingeschakeld.  De  unit  werkt
gedurende de geselecteerde tijdsduur in de geluidsarme stand.
▪ Bij de tweede manier wordt de geluidsarme werking op basis van
een  externe  input  ingeschakeld.  Hiervoor  is  een  optioneel
accessoire vereist.
[1­2]
Geeft de status van de werking met stroomverbruikbegrenzing aan.
De 
werking 
met 
stroomverbruikbegrenzing 
stroomverbruik  van  de  unit  in  vergelijking  met  de  nominale
bedrijfsomstandigheden.
[1­2]
0
Unit werkt momenteel niet met
stroomverbruikbegrenzing.
1
Unit werkt momenteel met
stroomverbruikbegrenzing.
De  werking  met  stroomverbruikbegrenzing  kan  worden  ingesteld  in
stand  2.  De  werking  met  stroomverbruikbegrenzing  van  het
buitenunitsysteem kan op twee manieren worden ingesteld.
▪ Bij  de  eerste  manier  wordt  het  stroomverbruik  begrensd  door
middel  van  een  lokale  instelling.  De  unit  werkt  dan  altijd  met  de
geselecteerde begrenzing van het stroomverbruik.
▪ Bij de tweede manier wordt het stroomverbruik begrensd op basis
van  een  externe  input.  Hiervoor  is  een  optioneel  accessoire
vereist.
[1­5] [1­6]
Geeft aan:
▪ [1­5]: De actuele T
­streefparameterpositie aan.
e
▪ [1­6]: De actuele T
­streefparameterpositie aan.
c
Zie 
"7.3  Energie  besparen  en  optimale  werking"  op  pagina 
meer informatie over de inhoud van deze waarde.
[1­10]
Geeft het totaal aantal aangesloten VRV­ en AHU­binnenunits aan.
Hiermee  kunt  u  controleren  of  het  totaal  aantal  geïnstalleerde
binnenunits  overeenstemt  met  het  totaal  aantal  door  het  systeem
herkende  binnenunits.  Als  dit  niet  het  geval  is,  controleer  dan  de
communicatiebedrading  tussen  de  buiten­  en  binnenunits  (F1/F2­
communicatieleiding).
[1­13]
Geeft  het  totaal  aantal  aangesloten  buitenunits  aan  (in  geval  van
systeem met meerdere buitenunits).
Hiermee  kunt  u  controleren  of  het  totaal  aantal  geïnstalleerde
buitenunits  overeenstemt  met  het  totaal  aantal  door  het  systeem
herkende  buitenunits.  Als  dit  niet  het  geval  is,  controleer  dan  de
communicatiebedrading  tussen  de  buiten­  en  buitenunits  (Q1/Q2­
communicatieleiding).
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
7 Configuratie
Beschrijving
verlaagt 
het
Beschrijving
47  voor
43

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave