10.5
Beginnen met rijden met Launch‑Control (optioneel)
Waarschuwing
Gevaar voor ongevallen De Launch‑Control maakt zeer snelle acceleratie mogelijk die voor onervaren
bestuurders moeilijkheden kan opleveren.
–
Gebruik de Launch-Control alleen als u over voldoende ervaring beschikt.
–
Gebruik de Launch‑Control niet op de openbare weg.
Voorwaarde
De rijmodus TRACK (optioneel) is geactiveerd.
De eerste versnelling is geschakeld.
Het TC-controlelampje brandt niet.
Koelmiddeltemperatuur: > 60 °C
Totale afgelegde afstand: > 1.000 km
–
Launch‑Control in het gecombineerde instrument active-
ren.
Het aantal beschikbare starts wordt op het startbeeld-
H02000-01
scherm weergegeven.
–
Bij aangetrokken koppelingshendel vol gas geven.
Het motortoerental wordt geregeld.
6.500 1/min
Het TC‑controlelampje knippert snel.
–
Koppelingshendel snel maar gedoseerd vrijgeven.
RIJ-INSTRUCTIES 10
167