3.
Zet het stuur vast op de as met een borgmoer
en trek die aan tot 27-35 N∙m
4.
Plaats de dop op het stuurwiel en bevestig deze
met 6 bouten
(Figuur
5
De accu in gebruik nemen
en opladen
Geen onderdelen vereist
Procedure
Gebruik uitsluitend accuzuur (met een soortelijk
gewicht van 1,265) als u de accu voor de eerste keer
vult.
GEVAAR
Accuzuur bevat zwavelzuur; deze stof kan
dodelijk zijn bij inname en veroorzaakt
ernstige brandwonden.
• U mag accuzuur nooit inslikken en moet
elk contact met huid, ogen of kleding
vermijden. Draag een veiligheidsbril en
rubberhandschoenen om uw ogen en
handen te beschermen.
• Vul de accu alleen bij op plaatsen waar
schoon water aanwezig is om indien nodig
uw huid af te spoelen.
WAARSCHUWING
Accupolen of metalen gereedschappen
kunnen kortsluiting maken met metalen
onderdelen van de machine, waardoor
vonken kunnen ontstaan. Hierdoor kunnen
accugassen tot ontploffing komen en
lichamelijk letsel veroorzaken.
• Zorg ervoor dat bij het verwijderen of
installeren van de accu de accupolen
niet in aanraking komen met metalen
onderdelen van de machine.
• Voorkom dat metalen gereedschappen
kortsluiting veroorzaken tussen de
accupolen en metalen onderdelen van de
machine.
(Figuur
6).
6).
1.
Maak het bevestigingsmateriaal en de
accuklembeugel los en til de accu uit de
machine.
Belangrijk:
accu als deze in de machine zit. Er zou
dan accuzuur op machine kunnen komen,
waardoor corrosie kan ontstaan.
2.
Maak de bovenkant van de accu schoon en
verwijder de vuldoppen
3.
Giet voorzichtig accuzuur in elke cel totdat de
vloeistof ongeveer 6 mm boven de platen staat
(Figuur
8).
1. Accuzuur
4.
Laat de platen ongeveer 20 tot 30 minuten
weken in het accuzuur. Vul indien nodig bij
totdat het accuzuur ongeveer 6 mm van de
onderkant van de vulbuis staat
5.
Sluit een acculader van 2 tot 4 A aan op de
accupolen. Laad de accu ten minste 2 uur op bij
4 A of ten minste 4 uur bij 2 A totdat het soortelijk
gewicht 1,250 of hoger is en de temperatuur
minstens 16 °C bedraagt, waarbij alle cellen
onbelemmerd gas afgeven.
13
Giet geen accuzuur in de
(Figuur
7).
Figuur 7
Figuur 8
(Figuur
g005080
g032705
8).